Vier passen voor ijsberen

Ijsberen

Eén, twee, drie, vier. Vier stappen maak ik en de laatste is een heel kleintje. De kurkvloer onder mijn voeten is niet zo koud meer als vanochtend. De kachel is warm. Na de vierde komt een halve draai, mijn armen geheven als een danser. Zo keer ik om, precies op de grens die ik afplakte op de vloer. Zwarte tape voor mijn tenen geeft het oppervlak weer van de wagen, die al lange tijd in mijn verbeelding aan het groeien is. De maten ken ik door en door. Meten is weten, zeggen ze. Ik loop. Vier passen heen, vier weer terug. Dat is hem.

Gisteravond kwam ik terug, na een paar dagen reizen. De kippen renden naar mijn voeten en de pauw stond op het bordes alsof hij me opwachtte. De ezel balkte. Verder was er geen mens te bekennen, in geen velden of wegen.
Hoeveel mensen vertelde ik mijn verhaal? Genoeg. Menigeen genoot van het beeld, de kleine woonwagen op reis. Elke lach die ik terug krijg inspireert me. Ik neem ze mee naar huis en koester ze als zonlicht.

Ik loop als een leeuwin in haar hok. Heen en weer. Loom en lenig. Niet gekooid, maar uit vrije wil en gedompeld in stilte. Een scherp contrast, de drukte van de afgelopen dagen en de diepe rust die me nu omkleed als een donkerbruine deken. Het is donker, vochtig en koud buiten. Maar hier binnen niet.
Ik heb het licht uitgedaan. Zonder kunstlicht wordt het duister iets tastbaars. De grijze schemer versterkt de schaarse geluiden en maakt de stilte stiller. Nu het licht aan doen, is als een radio aanzetten om maar iets te horen. Maar ik wil geen stemmen nu, geen schijnwerpers. Laat alles wat het is.

Ik denk aan mijn nieuwe wagen. Ik loop in de denkbeeldige kleine ruimte en strek mijn armen wijd, langs de twee rijen kleine ramen. Met mijn vingertoppen kan ik ze raken, aan weerszijden tegelijk. Ik hef mijn armen omhoog en als ik op mijn tenen sta, kan ik mijn vlakke hand tegen het hoogste punt van het plafond leggen. Ik voel de stugge katoen onder mijn vingers en de warme laag van schapenwol eronder. De dakspanten maken een ritme van ronde bogen. Vijf zijn het er, tot de bedstee. Ik raak ze boven mijn hoofd, gelijk met de passen van mijn voeten. Ik loop en de ribben van mijn cocon lopen met me mee in het ritme. Ik schrijf de maten met mijn lichaam. Eén, twee, drie, vier, langs de kachel, tot het bed en weer terug. Vier stappen om te ijsberen. Het duurt niet lang meer, dan gaat het feest beginnen. Bouwen ga ik.

6 gedachten over “Vier passen voor ijsberen

  1. Prachtig Alowieke!,

    Zoals je het beschrijft en de ruimte kunt voelen met je lijf. Ik kan het bijna meevoelen, opgegroeid in kleine ruimtes 😉 Ik vind het zo fijn om je verhalen te lezen en je avonturen te volgen, ontroerend ook. Wat lijkt het me heerlijk zo te wonen en leven in je kleine huisje op wielen. Succes met het nieuwe (t)huisje op wielen dat je aan het bouwen bent en dat ik samen met je nog maar lang van je mooie avonturen en verhalen mag genieten!

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s