Trappen tot de horizon

fietseninnoodweer 002

.

Ik sla rechtsaf. Een snelweg vijftig meter verderop leidt het verkeer van west naar oost en andersom. Een harde onophoudelijke ruis van heel veel wielen, razend over nat asfalt. De westenwind is stevig en dikke droppels waaien hard in mijn gezicht en op mijn regenpak. Ik stel me in op een paar kilometer wind tegen en houd mijn spieren aan het werk, niet snel, maar gestadig als een trekpaard, zonder stoppen. Het karretje achter mijn fiets weegt zo’n vijftig kilo. Mijn nieuwe tent zit er in en de rest van mijn bagage. Ik zet de versnelling heel licht en houd dit tempo tot het einde van de weg. Daar sla ik linksaf en opgelucht voel ik nu de wind nu schuin van achteren komen.
Ik denk aan mijn fijne warme woonwagen, heel even. Ik denk aan de weg die nog voor me ligt. Van Utrecht naar mijn plekje bij Haghorst, dat is het doel. Maar ook die gedachte leg ik gauw naast me neer. Zo ver ben ik nog lang niet.
Mijn linker tenen hebben kramp, ik beweeg ze in mijn grote schoen. Dijen voelen wat zwaar, maar doen hun werk nog prima. Wolkenluchten komen en gaan en ik hoor de wind in kruinen van hoge populieren. Ze zijn als ferme wachters die een grote vlakte begrenzen van aan één gesloten hectares landbouw. Hier, verder naar het westen, ziet ons land er anders uit dan meer naar het oosten. Daar fietste ik op de heen weg, vijf dagen geleden nog maar. Kleine weggetjes en fietspaden zigzaggend door kleinschalig ingerichte landschappen en natuurgebieden. Ik werd vaak ingehaald door andere trekkers, al dan niet met bagage. Hier heb ik nog niemand gezien. Ik ben een eenzame fietser die, moeizaam gebogen over zijn stuur, zichzelf een weg baant. Hoe sterk ben ik?

Soms sturen mensen me plaatjes met pieremagoggelkarretjes. Gekke, originele zelfgebouwde rijwielen met kleine huisjes eraan vast. Die moet je dan fietsend voortbewegen. Als ik dat zou overwegen, dan ben ik nu wel van die gedachte af gebracht. Met een kleine kar tegen de wind in fietsen is al zwaar, zo’n huisje zou ik waarschijnlijk niet eens in beweging krijgen. Dus kies ik graag voor een trekdier. En dan ga ik naast hem lopen, met een tamme kraai op mijn schouder of een geit bij me. Want een ezel of muildier heeft ook een maatje nodig. En zo gaan we voort. Langzaam aan, dan breekt het lijntje niet.

Ik ben nu naar de Ezelsociëteit in Zeist geweest, het volgende bezoek zal zijn de Ezelshoeve in Baarle Nassau. De Ezelstoeterij in de Vlaamse Ardennen staat op mijn verlanglijstje. Daar ga ik pas naar toe als ik meer ervaring heb opgedaan.

4 gedachten over “Trappen tot de horizon

  1. Ik heb weer een aardige tekening kunnen maken bij dit verhaal. Maar de kwaliteit wordt stukken minder bij het digitaliseren. Heeft iemand tips voor mij? Ik maak de foto’s met een Canon1200D en bewerk ze met Gimp

    Like

  2. Nou, wat dappere tante ben je toch, bij deze even een digitale pluim! We zetten door he, ieder onze eigen manier om onze eigen weg te gaan! Ik ga volgende week waarschijnlijk ook fietsen, naar mijn ouders in Wolfheze bij Arnhem, benieuwd ook hoe dat gaat…Groetje, Marjelle

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s