
.
Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.
Do you want to listen to the ENGLISH translation? Click on the button underneath the text.
De dagen worden korter, nog even en de zonnewende maakt de wereld weer lichter. Dat schept hoop. Dat hebben we nodig, hoop en licht. Anders groeit er niks. Ik heb er veel van, hoop. Het gloeit zachtjes in het donker. De duisternis kan me niet deprimeren. Ik ga vroeg naar bed en slaap als een roos.
Ik word wakker. Het is nog donker. Voor het eerst in mijn leven ben ik elke ochtend vroeg, dit hele jaar al. Ik heb het altijd al gewild en nu kan ik het. In de zomer, toen het vroeg licht was, toen begon het. Maar nu is het winter en het gaat nog steeds door. De ochtend is jong en vol herfstige verwachtingen. Ik open de klamboe die als een kleine tent om mijn hangmat hangt en druk op het lichtknopje. De wekker op het nachtkastje wijst half zeven aan. Ik doe het licht weer uit en kruip er weer in. Een tijdloze ruimte omarmt mij. Hier in mijn warme hol, daar ontstaat het. Ik mijmer over voedsel. Dat het spaak loopt met de voedselhandel. Die ligt in handen van vier multinationals. De nood wordt hoger om kleinschalig te gaan werken. Maar hoe dringend het is, dat zal de geschiedenis vertellen als het voorbij is. Ik ben maar een klein figuurtje in de eindeloze tijd van het bestaan. Klein, geduldig en opgewekt.
.

.
Alleen lig ik in mijn hangmat, alleen sta ik met mijn handen in de aarde. Ik plant en mulch en volg het groeien. Alleen ben ik en toch samen. Ik weet van de anderen, ieder op zijn eigen plek. Klarien, Marin, mijn vrienden van Frijlan, Fransjan, Estella, Manon, Linder en Alex…. en natuurlijk de mensen van de Vlierhof, waar ik zo graag kom met Dieuwke. Er zijn nog vele anderen. Ik denk aan ze, één voor één. Zelden ontmoeten we elkaar, want ieder is druk met zijn of haar eigen plek. Allemaal zorgen we voor moeder Aarde en zijn we bezig met een andere manier om voedsel te verbouwen. We kijken naar de natuur en volgen haar wondere wegen. We inspireren anderen of geven les. Ik ben niet de enige die in het donker ligt te peinzen. Ik glimlach en spring over naar een andere gedachte. Waar zal ik de perenbomen vandaag neerzetten? De gedachte kabbelt weg op de stroom, om later weer terug te keren. Ochtendmijmeringen gaan hun eigen gang. Ik geef me er graag aan over. Maar de zon komt op, het wordt tijd om te kiezen. Ik loop in gedachten naar de voedseltuin. Die tuin ligt helemaal in het begin van het Verhalenpad. Ik zie precies de plek waar ze moeten komen, iets hoger, tegen de bult aan, het noordwesten van de tuin. Het hele jaar heb ik die plek bedekt met een dik bed van riet. Er groeit geen gras meer. Vele beestjes hebben eronder hun gangen gemaakt, zodat de grond los is. Daar gaat de spa de grond in, vandaag nog. De peren krijgen hun plek.
Ik luister naar de geluiden. Zacht spettert de regen op het dak. Mooi weer om te planten. Tevreden en stil wacht ik op het teken. Ik wacht tot ik ze hoor. Hun ratelende roep in de schemering. “Hier ben ik!” Roepen ze. “Waar ben jij?” Langzaam wordt het licht. Als zij eruit gaan, ga ik ook: De winterkoninkjes.
Ik klim uit mijn hangmat en stap naar buiten. Het is daar een stuk kouder dan binnen. De warmte is mooi blijven hangen in mijn kleine huis. Het gras is nat van de regen. Een felrode zonnegloed hangt boven de horizon. Ik blijf een poos staan kijken. De rest van de lucht is bedekt met een loodgrijze deken. Dan loop ik verder, op mijn klompen door het witte straatzand, dat in lage bulten bij mijn woonwagen ligt. Het zijn de eerste voorbereidingen voor de plantenkas. Het fundament heb ik de afgelopen weken gelegd, vele kruiwagens zand waren nodig om de stenen hun plek te geven. Het zand was zwaar maar de stenen waren nog veel zwaarder. Het was een grote vrachtauto die ze bracht. Die moest helemaal het kleine weggetje af, twee kilometer lang, en dan keren en weer terug. Maar het is gelukt en toen kon het feest beginnen. Een vloer leggen in wildverband. Er waren joekels bij van wel veertig kilo. Hoe doe je dat? Samen met Dick liet ik de enorme tegels zakken met sterke dunne spanbanden. Elke tegel kwam precies op zijn plek. Een strakke vloer is geworden. Het solide podium toont nu een zwart geschilderd aluminium frame. Het fundament van de plantenkas. Hierop bouwen we voort. Vanuit mijn achterdeur kijk ik er straks op uit. Hoe vaak heb ik me dat inmiddels voorgesteld!
Een kas van tien vierkante meter. Hier zal ik planten opkweken voor ze de koude grond in gaan. Er komt een kleine zithoek. Laat die belangrijke lui maar in hun sop gaarkoken, met hun grote zaken, die alleen om geld gaan. Wij maken er wat moois van, met elkaar! Ik weet dat jullie er zijn!
.
Adendum: De jonge enthousiase boer Sjoerd met zijn permacultuur, Boer Leen van het Marlanner kaashuis, Boer Gerrit en Petra Jukema uit het hoge noorden, Doetie van de geiten, Monique van Jouw Dagelijkse kost, mijn oude vrienden van Vereniging Hoge weide in Utrecht, Thomas en Martijn uit Amsterdam, Caroline uit Wales die zo lekker kookt, Leo en Juriaan met hart voor heggen en bomen, Annemarie van Natuurouders, Frodo van de oerbacterie, Wobby die van wanten weet, de poëtische Jalf en Reinnetta uit Aalten, Marten de boer die strijdt voor bloeiende bermen, net als Margaretha. Helder van de Wilde Wei die nu in Zuid Amerika is, maar ook mijn oude buurvrouw uit Haghorst die ik nooit meer heb gezien met haar vogelland en mijn vader van 93 die nog altijd in de tuin werkt. En natuurlijk Corrie en Dorothé als trouwe aardeminnende volgers. Als ik je vergeten ben, meld je maar! Dan zet ik je erbij.
NEDERLANDS:
ENGELS:
We need to grow food on a small scale and include nature. I create a place for food and animals and think of all the people who work on it. Together we stand for Mother Earth.