Een onverstoorbare bewoner

blogtek kruisspin kl fm. 011

Werktijd. Ik heb zin. Ik ben uitgerust en fris. Het is droog, de zon schijnt. Ik loop naar mijn nieuwe wagen om er in te klimmen. Het is net een serre, met dat transparante zeil. De vloer is leeg en opgeruimd. Er ligt nog wat houtstof tegen de onderwand. Ik ga op de goudgele planken zitten en pak één van de twee palen die er liggen. Een stuk van de voorgevel. In elke paal heb ik gisteren zeven kruizen gezet, met nauwkeurig afgemeten lijntjes er omheen. Ik controleer nog even of het allemaal klopt. Wat tussen die lijntjes zit, dat ga ik vandaag allemaal uithakken. Er zijn nóg twee palen, voor de achterkant. Alle vier moeten ze zeven halfhoutverbindingen krijgen. Een vergissing is zo gemaakt. Maar alles is in orde en ik kan aan de slag. Eerst de ijzerzaag, om de stukken af te bakenen. Dan plakjes maken, met de decoupeerzaag, precies tot het lijntje. Ik glimlach tevreden.
Boven mijn hoofd, tegen het zeil, klinkt zacht getik, alsof het regent. Maar het is geen regen, het zijn vliegjes. Ze kunnen er niet meer uit, ze weten de weg niet. Hommels help ik. Vliegen niet. Die komen misschien wel terecht bij de hoofdbewoner van dit paleis. Een enorme dikke kruisspin. Precies in het midden zit zij, tussen de twee palen, daar heeft ze haar web gespannen. Slimme vliegen gaan er handig in een bochtje omheen, maar heel veel ook niet. Die hebben pech. De spin is de helft van de tijd aan het eten. De andere helft zit ze stilletjes almaar groter en groter te groeien, terwijl haar web nog steeds bezaaid is met ongelukkigen. Ik heb veel respect voor haar.

Het zagen is klaar. Waar de inkepingen komen, zijn nu allemaal plakjes in het hout, keurig naast elkaar. Maar ze zitten nog vast. Dat is niet de bedoeling, ze moeten eraf. Hakken, met de beitel. Die ligt al klaar. Hij ligt helemaal aan de andere kant van het grote, wagenwijde web. Wat zal ik doen. Als ik de beitel hierheen haal, dan moet ik twee keer onder het web door. Handiger is het om de paal naar de beitel toe te schuiven. Ik pak het vurenhout beet en duw het onder het web door, zonder de draden stuk te maken. Nu ik nog. Ik kijk. Het onderste draadje van het web zit niet heel erg laag. “Ik ga er even langs hoor!” zeg ik tegen de spin. Ik buig door mijn knieën en werk mezelf lenig onder het geweven kunstwerk door. Ik knik de spin nog eens vriendelijk toe, voor ik de scherpe beitel pak.
Nu concentreren. Met alle precisie zet ik het glimmende staal langs het lijntje. Ik leg een mooi blokje hardhout tegen de vlakke kant van de beitel, zodat het scherpe uiteinde haaks op het hout staat. Dan pak ik de klopper en in één rake klap vliegt het gekozen stukje uit de paal. Ik kijk naar de spin, vlak naast me, maar die trekt zich helemaal niks aan van het geklop, gebonk en rondvliegende stukken. Superspin, dat is ze. Wie weet hoe groot ze nog wordt. Misschien wel groter dan ik.

.

2 gedachten over “Een onverstoorbare bewoner

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s