.

.
Liever luisteren? Klik op de knop onder de tekst.
Do you rather listen? Click on the button under the text.
Sommige mensen bewaken een oude plek. Ze zijn al jong verbonden met een bodem die verzadigd is met verhalen. Verzorgers van lommerrijke bossen. Of kruidige weiden, al decennialang niet geploegd of omgekeerd. Dagjesmensen fietsen voorbij langs een bloeiende houtwal of een wei vol bloemen. “Wat een mooie plek…” zeggen ze. Het zijn herders en boeren. Mannen en vrouwen die leven in het ritme van de seizoenen. Die één geworden zijn met dat, wat nooit verandert en toch altijd in beweging is. Heel gewoon, zonder valse romantiek. Het is dat, wat nooit het nieuws haalt, omdat het is wat het is en het graag zo wil blijven. Niet vernieuwend en blits, maar gegrond en duurzaam. Juist die mensen kunnen niet vaak genoeg in het voetlicht komen.
Mijn raam kijkt uit op goudgele velden vol boterbloemen. Boer Jochum beheert ze. Hij wil honderd worden en dat lukt hem vast. Hij is een sterke vent. Misschien heeft hij nog wel dertig jaar te gaan! Maar ooit komt er een einde aan. Als een boer sterft of ermee ophoudt, en er is geen zoon, wat dan? Meestal wordt de grond verkocht. Bijna altijd aan een grootgrondbezitter.
De plek die nu de Swetteblom heet, kent een lang verhaal. Al bijna honderd jaar is het een boerderij. Voor die tijd was het een wilde plek, waar kippen liepen en wat kleinvee. Dat wilde, dat heeft boer Jochum terug laten keren. De bomen die hij plantte mogen scheuren en verrotten. Het hooiland is gezond en kruidig en elke winter trekt de zompige klei een grote groep kramsvogels aan, die voedsel vinden in de natte wei. Ik hoor kikkers in de lentenacht. Op het ontluikende verhalenpad zag ik zojuist een geschrokken watersalamander. Ik loop naar Jochumsreed. de lange onverharde weg die van de camping naar het dorp loopt. De regen heeft de scheuren in de droge klei doen verdwijnen en alle bomen zijn nu groen. Vanaf de camping komen Rien en Linde aanlopen. Hun stemmen klinken serieus en nieuwsgierig houd ik mijn pas in, en volg het gesprek.
“Alles wordt opgekocht en met de grond gelijk gemaakt. Dat gaat hier ook gebeuren,” zegt Rien met een ijzeren zekerheid. “Ooit komt er een grote boer en die maakt er allemaal dezelfde weilanden van. Net als overal. En dan moet je allemaal oprotten.” Rien bivakkeert hier om een autobiografie te schrijven. Geen idee hoe lang nog. Naast hem loopt Linde. Ze woont in het dorp en komt hier graag. Deze winter heeft ze elke week de stal uitgemest om haar hoofd leeg te maken. Het deed haar goed. Ze wil de Swetteblom niet missen. Nooit niet. Ze luistert naar Rien zijn pessimistische uitlating en knikt nadenkend. Daar heeft ze al vaker over nagedacht. Ze fronst haar wenkbrauwen. Vanaf de andere kant komt Tanja. Ze wandelt ons tegemoet met haar kleine hondje, groet en loopt verder. Voor velen is deze plek een passage in hun leven. Anderen bouwen iets op. Ik ben hier eigenlijk ook nog maar net. Toch heb ik hier mijn wortels, op de zeebodem van het Noorden. Het lijkt op de polder, waar ik vandaan kom. Maar niemand is zo geworteld als de boer, die hier geboren is. Die de weilanden hooit en de koeien voert en altijd zulke lekkere kwark maakte. Hij beslist wanneer welke boom om gaat. Maar liever laat hij ze staan. De man die al jaren de campinggasten ontvangt. Wat gebeurt er als zo iemand wegvalt? Het land van acht hectare dat langs de Swette ligt, heeft veel in zich, om de eeuwen in te gaan. Jochums plek is gezonder dan vele andere. Dit is een bronplek, zoals Jeroen dat noemt. En er zijn er meer. Tussen de blokkendozen en het groene biljartlaken in, liggen wegen verborgen, die bronplekken verbinden zoals de onze.
Met zijn drieën lopen we over het pad. Het heeft hard geregend. Er staan plassen. Met mijn blauwe klompen loop ik er dwars doorheen. Naast me loopt Linde. “We moeten de camping nog groter helpen maken, zorgen dat er heel veel mensen komen. Het op de kaart zetten. Dan wordt het belangrijk!” zegt ze. “Iets wat belangrijk is heeft meer overlevingskans.” Ik frons mijn wenkbrauwen. “Wil je dat echt?” vraag ik verbaasd. Haar gezicht verandert meteen van uitdrukking. Even aarzelt ze, voor ze zegt: “Nee, eigenlijk helemaal niet. Dit is juist zo’n fijne rustige plek….” Ik knik. “Dat vind ik ook. Ik denk dat we juist de rust en de rijke natuur hier tot zijn recht moeten laten komen.” Boer Jochum heeft er goed voor gezorgd en doet dat nog steeds. Maar wij zijn net zo goed nodig. We moeten de Swetteblom niet alleen gebruiken, maar ook voeden. Door onze handen uit de mouwen te steken en door onze verhalen erover. Wat mooi zou het zijn als iedereen dat deed. Overal, op duizenden plekken. Hoe meer je geeft, hoe rijker een plek wordt. En hoe groter de kans dat het blijft.
Ik zie iets bewegen tussen het gras en sta plotseling stil. De andere twee lopen pratend verder. Heel stil luister ik maar zie niets. Ritselend verdwijnt het zonder dat ik weet wat het was. Morgen ga ik weer kijken. En als ik het weet, schrijf ik de naam op in een mooi boekje met een gouden rand. Want wie schrijft, die blijft.
.
NEDERLANDS
ENGELS
We must not only use a place, but also feed it. By rolling up our sleeves and by telling our stories about it. How nice it would be if everyone did that. Everywhere, in thousands of places. The more you give, the richer a place becomes. And the more likely it will stay.
Je kunt het land van boer Jochum, in het geval van zijn verscheiden, ook onder de aandacht van “het land van ons “ brengen. Dan kopen zij het en is het weer van Ons……
>
LikeGeliked door 1 persoon
Goed idee A Elout, ik ben daar ook lid van om landgoed te behoeden voor de industriële landbouw en te behouden voor de burgers
LikeGeliked door 1 persoon
Zojuist heb ik de film over jou bekeken. Ik wil je graag iets zeggen hierover, maar ik kan de woorden niet vinden. Respect voor je kwetsbaarheid, eerlijkheid. Ik ben stil geworden. De goed gekozen achtergrondmuziek vult het aan. Dank! Ik wens je veel zegen en liefs toe.
LikeGeliked door 1 persoon