.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.
.
De droom kan zo mooi zijn. In een droom kan je de werkelijkheid opkleuren, verlichten, je kan weggetjes maken die er nooit geweest zijn. Wat recht is kan je laten kronkelen en vervuilde rivieren zijn in je gedachten zo helder als kristal. Jarenlang kun je dromen over een bos dat bulkt van allerlei soorten. En je kunt dromen hoe donker het daar is, onder al die kruinen. Je voelt aan de oude stammen vol scheuren in de schors. Je laat lange baarden van mos langs je hoofd gaan zoals je nog nooit in het echt hebt gevoeld. In je droom kan alles.
Tot je op de harde natte klei terecht komt, waar het bos moet komen, dat je zo mooi had bedacht. Waar de jonge bomen met hun wortels tegen een stijve muur aanbotsen. En als ze dan eindelijk met veel moeite kunnen doordringen in de ongastvrije massa, dan wordt het winter, gaat het regenen, en verzuipen ze in de natte klei. Of je staat op de zandgrond en wekenlange droogte teert al het leven uit. De jonge loten die je hebt geplant verdorren tot armzalige sprietjes en gaan dood.
Dat kan anders. In een tijd van toenemende extremen is een rustige, volhardende houding nodig. Ideeën zijn als lucht, ze komen even snel als ze gaan. Aan een idee alleen heb je niks. Er zijn al er al gauw teveel van. Brainstorms genoeg op deze aardkloot. Dromen zijn al wat bestendiger dan ideeën, ze bestrijken een langere tijd om te wortelen in je hart. Vervlecht het idee met hoop en behandel dit met zachtheid en geduld.
Vuur op zijn tijd is goed, maar let op dat het niet te hoog oplaait, op onwillekeurige momenten.
Teveel aan vuur verschroeit de aanzet tot groei, knoppen die nog maar zo klein zijn dat je ze nauwelijks ziet. De piepkleine aanzet tot wortelgroei, die bodem zoekt. Een vurige droom zonder bodem glipt uit je handen en daar sta je dan. Vol onrust en volkomen alleen met weer een illusie minder. En hoe meer er uit je handen glijdt, hoe meer gaten er vallen. Het geeft ruimte aan anderen, waar je niet voor gekozen hebt. Gespuis dat het belang niet dient. Ze komen als virussen in een lichaam dat zijn weerstand kwijt is. Als verwarde zwervers die niet weten wat ze moeten. De gaten zijn het begin van het verval.
Ja, Dat kan anders, heel anders. Een droom heeft een rustperiode nodig en een blik die kan doorvorsen of het moment daar is of niet. Het hart is getraind in geduld om in stilte te zien of de tijd rijp is, om te zien wat levensvatbaar is en wat moet wachten of wat onverbiddelijk moet worden doorgestreept. Stap voor stap worden keuzes gemaakt. De vitale delen krijgen de aandacht en krijgen wat ze nodig hebben. Er is wat er is, elk mens, elke boom op dit unieke moment, alles wat is moet zo zijn. Daar ga je vanuit. Dat is de basis, daar kies je voor. En dan kom je in de stroom op gang, die meewerkt. Op het land groeien de bomen die het wél redden op de natte klei of de droge grond. Je verbetert de omstandigheden, meer en meer, zonder haast of dwang. Langzaam maar zeker komt de beloning. Dieren die weg waren keren terug. Zaden die je ooit strooide, komen ineens op. Planten die je nog nooit gezien had, komen spontaan omhoog en tot bloei. Het begin is gemaakt. Zodra er iets is wat voeten in aarde maakt, kan het andere daar steun bij vinden. Zo bouwen we aan een vitale plek, in een vitale wereld. Al is het begin klein, met rust en volharding groeit het. Een bodem voor alles wat voeten in aarde zoekt.
Dingen langzaam doen is het geheim van de transformatie. (Kazuaki Tanahashi, 1933)
Een gedachte over “We moeten voeten in aarde maken”