.
.
`Het lijkt wel oorlog`, zegt een jongen die naast een van de tentjes staat. Een grote stofwolk waait over het veld van de Augustehoeve, over de bossages en over het dak. Er lopen mensen met ontwerptekeningen in de hand, voor de grond die rond de hoeve ligt. Ze doen hier een tiendaagse cursus permacultuur en ze proberen zich niets van het het geraas en het stof aan te trekken. Met aandacht buigen ze zich in groepjes over hun werk. De wolk van stuifzand is zo groot dat de tenjes maar klein lijken. Achter de tentjes is een hek van twee meter hoog. Heras hekwerk. Rakelings daarlangs rijdt een enorme combine. Met veel kabaal worden erwten geoogst. Het lijkt erop dat ze niet zullen stoppen voor het klaar is. Verderop zijn nog drie van dezelfde machines. `Het is niet minder dan dertig hectare wat geoogst moet worden,` vertelt de jongen ernstig. Het geraas van de machines begon vanochtend om zes uur, pal naast de kleine tentjes startten de kolossen hun motor en reden rakelings langs de slapende mensen. `Net oorlog` zegt de jongen nog eens en kijkt gefrustreerd naar de langsrazende combine, die net weer een rijtje af heeft.
Hier zijn wij een avond en een ochtend te gast. Ik slaap met oordopjes in, maar evengoed beleef ik een onrustige nacht. Als we wakker worden, zijn ze nog steeds bezig. De cursisten gaan weer gemotiveerd aan het werk, geslapen of niet geslapen. Wij pakken onze fiets om weer te vertrekken. Het veld is nu kaal, er staat niets meer op. Aan het einde ervan staan de vier grote wagens in een cirkel om een klein groepje jongelui heen. Vier kleine mensen, drie jongens en een meisje ontbijten gezellig in de ochtendzon. Het ziet er heel onschuldig uit. Weten zij veel, wat er aan de andere kant van het hek is.
Ik moet denken aan de tijd toen ik zeventien was. Ik heb vakantiewerk gedaan, bij de Machinering. Ik heb duizenden smeerwortels uitgetrokken, in de polder, tussen de rijen bieten. Geen moment heb ik me afgevraagd wat voor plant dat was, die smeerwortel. Dat is nu dertig jaar geleden. Het boerenbedrijf wordt steeds grootschaliger, tot monsterlijke proporties. Anders is het niet meer winstgevend, men ziet geen andere uitweg. De jongeren die de machines besturen, die willen alleen maar werk en stellen geen vragen. Ze doen wat ze krijgen opgedragen. Voor de mensen in de tentjes bestaan ze eigenlijk niet. Hetzelfde geldt vise versa. Wie weet het, wat er aan de andere kant is van het hek, welke mensen? Waarom eigenlijk, een hek? Wat is oorlog? En is schaalvergroting ècht de enige manier? Veel vraagtekens. Wij fietsen verder, naar de stille camping bij Haghorst.
Meer over de Augustehoeve: http://www.augustehoeve.nl/
.