Na de ceremonie begint het pas

Ik zag de film: Kiva, call of wisdomkeepers. Dit is een verhaal dat meegaat in de stroom, en tegelijkertijd kritisch is.

.

Tekening van Afra Hartog

Tekening van Afra Hartog.

.

Onderaan de tekst vind je de luisterversie.

“Alles draait om energie. Elke plek en elke taal heeft een trillingsfrequentie. Met elkaar zijn we een eenheid.” Ja, dat zijn woorden waar ik me best in kan vinden. Het is als een symfonie, de lichte tonen vullen de donkere aan. Dat spreekt mij aan. Toch praten maar weinig mensen over taal. Over het algemeen zijn het de eerste vier woorden die ik overal terug hoor komen: “Alles draait om energie.” Het echoot door yogaklassen, onder moderne monnikskappen, over het alternatieve podium en het gonst bij spirituele ceremonies. Vooral in het engels. Het enthousiasme waarmee dit wordt gepresenteerd is prachtig, maar gaat vaak snel, vind ik. Moeten we niet vertragen, om er ook echt iets mee te kunnen? Vertragen, om te luisteren. Om te zien, wat er nodig is.

Ik zit in het Lewinskitheater in Sneek. Een kleine informele zaal, vol lekkere stoelen en kleine tafeltjes. Naast me zit Natasja. Ik ken haar van facebook en zij kent mij van mijn blogs. Het is toevallig dat ik haar tref. Zij was net zo verrast als ik. We kijken naar de film: “Kiva, the call of wisdomkeepers”. Kiva, de naam van een bontgekleurde, warmhartige ceremonie met zijn oorsprong in oeroude tijden. Wisdomkeepers van overal ter wereld komen er jaarlijks bij elkaar. Het houdt de moed erin, de energie van de bijeenkomsten maakt dat mensen hun eigen cultuur en hun voorouders blijven herinneren. Het is wat je bent, het is je identiteit die je met de aarde verbindt. “Met elkaar houden we de band met de aarde levend”, zeggen twee vrouwen, in het rood gekleed, zittend aan het water. “Dat geeft hoop.”
Na afloop vertelt de maakster van de film wat een eer het voor haar was, dat ze als beginnend filmster dit alles mocht vastleggen. Al bleven de ceremonies zelf grotendeels buiten beeld, de interviews maakten dat helemaal goed.

Na haar neemt een Friezin plaats op het podium. Ze zit in kleermakerszit op de houten vloer, vlak voor een grote drum. In haar lange blonde haar steekt een veer en nog iets, wat ik niet kan onderscheiden. “De stammen van onder de zeespiegel gaan een belangrijke rol spelen” citeert ze enkele wisdomkeepers. “Dus, waar blijven de Friezen?!” Ze straalt als ze haar verhaal vertelt en de woorden komen vanzelf, zegt ze. Ze praat en praat en gaat ver over de afgesproken tijd. Ik luister met plezier. Het gaat over slangen, uilen, taal, en wat er in ons is. Herkenbaar. Het is in het Fries en ik versta (bijna) alles.

Het is al laat, als de documentaire maakster weer het woord neemt. Ze houdt het kort. “Uiteindelijk moet het niet alleen bij ceremonies blijven,” eindigt ze haar verhaal. “Er is vooral actie nodig. De rivieren moeten weer schoon worden.” Dat is haar laatste zin. Ja, zo is het. En er moet nog veel meer gebeuren. Wat jammer dat het al zo laat is. Met die vraag had het gesprek met het publiek losgemaakt kunnen worden. Wat kunnen we doen? Wat is nodig en hoe zie je jouw volgende stap daarin? Wat doe je al? Daar kun je nog wel een week mee zoet zijn. Of langer. Een avond is kort.

“Ik denk dat we allemaal wisdomkeepers zijn, “elders” die anderen onderwijzen” zegt Natasja naast mij. “Jij misschien nog iets meer dan ik.” Ik zou me vereerd kunnen voelen bij die woorden maar vandaag laat het me onverschillig. De woorden komen dan ook wat stroperig uit mijn mond. “Ik denk de laatste tijd juist, wat heb ik nou eigenlijk te vertellen…” Ze is even stil. “Tja,” zegt ze.

Ik ga verder. “Er zijn momenten dat ik woorden had, en dat er inzichten stroomden als water. Maar woorden bestaan vooral als je met een ander bent. Ogen die kijken en oren die gespitst zijn. Dat inspireert. Ik kan blijven schrijven over het water waar ik naar kijk, over de rimpelingen in het ochtendlicht en alles wat er groeit, maar langzaam verdwijnt de sprankeling als er niemand naast me staat, van wie ik weet dat die luistert. We hebben elkaar nodig. Zelfs de eenzaamste kluizenaar leeft op als hij zijn inzichten kan delen met die ene ziel die hem opzoekt. Of een betekenisvolle blik kan delen met de ander. Ik kan vertellen over de aarde, onder mijn voeten. Maar mijn buren hebben het druk. Ja, ik schrijf erover. Maar ik weet niet wie het leest. Ik zie de ogen niet. Ik hoor niks. Het droogt op.”

Natasja en ik staan op. Natasja spreekt met de Friezin en loopt dan weg. Ik ga ook naar haar toe, de Friezin met haar lange hoogblonde haar. Ik vraag naar de veer, die ze er in heeft gestoken. Die is van een uil, zegt ze. Ik zeg dat ik het beeld van de uil herken. “Ja,” zegt ze “Het gaat om de energie.” Ik wil vertellen hoe mooi het is als woorden komen als een levende stroom. Maar zover komt het niet. Ze kijkt me niet aan. “O! Achter jou staan ook mensen te wachten,” abrupt breekt ze mijn zin af. “Wees kort. Wat wil je zeggen? ” Ineens weet ik het niet meer. Laat maar zitten, denk ik. Zo belangrijk was het vast niet. “Deze avond heeft me wel goed gedaan,” zeg ik nog. Ze glimlacht en nu kijkt ze me wèl aan. “Vanmiddag voelde ik me wat houterig en…” Ik kan het niet meteen uitleggen. Zeker niet als er mensen achter me staan te wachten. Ze begrijpt kennelijk meteen wat ik wil zeggen. Dat is wel makkelijk, dan kunnen we het kort houden. Beslist kijkt ze me aan. “Dat kwam omdat je wist dat je hierheen ging,” zegt ze. “Het was de energie die je voorbereidde.” Ik lach naar haar. Aardig, dat ze kennelijk precies weet wat er speelt. Maar als ik wegloop vraag ik me af wat ze daar nou eigenlijk over kan zeggen als ze me maar zo kort gesproken heeft.

Als we allemaal bewaarders zijn van de wijsheid, dan zal daar een eindeloze variatie in zijn. De een heeft wijsheid in zijn handen, de ander in de klank van haar stem. De een speelt een instrument en de ander speelt met woorden. Een oude boer kan je het verhaal van het riet vertellen, en hoe het riet hem wijsheid leert. Een goede veehouder kent zijn koeien. Er zijn mensen van het water en mensen van het land. Van de dijk en van de stad. Mensen van de vlakte en mensen van de bergen. Allemaal hebben we een eigen verhaal. Als we willen dat er iets verandert, dan zal elk verhaal gehoord moeten worden. Luisteren, luisteren, luisteren. Na de ceremonie begint het pas.

En ik sta op het Friese veld, in de vroege ochtend. En hak het riet langs het Verhalenpad. Anders groeit het dicht. Ik wacht en kijk. Ik spreek af met mensen, meestal vrouwen. In Sneek, in Menaam, in Leeuwarden. Waar gaat het verhaal verder? En hoe? Ik weet het niet. Ik hoef ook niet alles te weten. Als we maar blijven bewegen. De ontmoeting volgt. Ik luister. Ik zal weten wat er nodig is, precies op het juiste moment.

.

.

There wo’nt be english translations anymore. But now, in the end, I really like to know if there was someone who liked them. Can you give a reaction please?

Eindejaarsfilm

.

Vlak voor het nieuwe jaar begint, wil ik iets bijzonders presenteren. Geen blog, geen tekening, geen gedicht, geen korte video, maar een film, dè film!

In deze tijd worden oude dingen worden afgerond. We nemen afscheid van een jaar met spijt of met voldoening, of alles tegelijk. Voor mij waren deze donkere dagen ideaal om het  nog een tweede keer te beleven, in een flitsende samenvatting. Ik maakte een film van de bouw van mijn “wooncocon”. Al het beeldmateriaal, meer dan drie jaar bouwen, heb ik gerangschikt. Ik heb er een verhaal van gemaakt, dat hopelijk niet alleen goed te volgen is, maar ook prachtige sfeerbeelden geeft.

Ik kon mijn droom waarmaken op deze minicamping in Brabant, waar ik heel dankbaar voor ben. Alle omstandigheden waren perfect voor deze film. De verstilde beelden in de winter zijn adembenemend en in de lente hoor je slechts het gekwinkeleer van de vogels. Je kan hier werken met een ideale concentratie zonder stoorzenders. Ik heb het hele proces consequent vastgelegd. Niet alleen met mijn huisje, maar ook over de film ben ik  helemaal tevreden.

Ik hoop dat dit verhaal zijn weg vindt en dat het nog menig enthousiaste bouwer inspiratie biedt. Of laat het er zijn, gewoon als verhaal, om naar te kijken en van te genieten.

Ik wens jullie veel kijkplezier en alle mogelijkheden om je dromen waar te maken en van dat proces te genieten. Een vitaal 2018!

.

.

Het laatste idee is om mijn wooncocon in een kas te zetten van 40 – 50 M2. Dan heb ik daarin mijn buitenkeuken en composttoilet, kruiden, druiven, tomaten, komkommers en de kleine stekken voor ze de koude (klei)grond in kunnen. Later meer daarover.

.

.

Een echt huisje!

.

-Een-echt-huisje-kl-frm

.

Met een grote lap ongebleekt katoen staan we in de nieuwe wagen. Dick heeft de ene kant beet, ik de andere. De stof is stug en dik en een beetje nat, omdat ik net de kreukels eruit heb gestreken. Dat was een heel spektakel in de koude wasruimte. De natgemaakte stof stoomde en siste met grote wolken damp, bij de aanraking van het hete strijkijzer. Ik kijk naar de dikke geelwitte lap. Het is mooi glad geworden. En nu moet het omhoog, tussen de grijze schapenwol en de essenhouten bogen in. Een lekker zacht plafond wil ik, gedragen door gebogen houten ribben. Zo’n plafond dat het net lijkt alsof je Jonas in de walvis bent, als een heel groot lichaam en wij koesteren ons in de buik. En het gaat lukken! Vandaag gaat deze droom in vervulling.

We kijken peinzend omhoog. „Ik denk toch dat eerst de wol er in moet en daarna de stof er onderdoor.“ Dick kijkt me nadenkend aan. „Nee,“ antwoord ik resoluut „Ik wil het in één keer doen.“ Ik pak de isolatie, die in passende stukken op de grond ligt en de lap. Ik houd beide omhoog. Tussen wol en laken zie ik nog net zijn gezicht. Dick knikt, bij wijze van instemming. Omdat het mijn wagen is, is mijn wil wet. Dat is prettig, ik luister, denk na en beslis. Er zijn nooit oeverloze discussies en alles gaat voorspoedig.
We pakken de wol beet, met de punten van de stof, net zoals je een dekbed beetpakt als het laken er om moet. „De stof moet wèl aan de onderkant hè,“ lacht mijn vriend met zijn brede grijns“. „Jaja!” Ik lach blij, spinnend van genoegen dat het nu eindelijk zover is. We draaien met de onhandige massa. Goed beet blijven houden, anders vallen de stukken er uit.
„Ja! Ik sta klaar, toe maar!”
De massa hangt als een dikke slappe buik om mij heen. Ik zie niets meer. Ergens voor me staat Dick. Die is een kop groter dan ik, voor hem is het een makkie om het spul tussen de essenhouten bogen van het dak te duwen.

Ik sta achter hem en houd alles omhoog, zodat hij verder kan trekken. Het doet me denken aan die keer dat mijn moeder zware gordijnen naaide en ik zorgde voor een vlekkeloze stofaanvoer. Bij veel wat ik doe denk ik wel aan iemand, van wie ik leerde. Mijn moeder lijkt toch stilletjes aanwezig, hoewel ze er al een tijdje niet meer is. Net als mijn man, die een goeie hout- en metaalbewerker was, een soort uitvinder eigenlijk. Op mijn zevenendertigste verliet hij deze wereld.
Hij zou trots op me zijn. „Je bent een tijger!” Dat zou hij zeggen. Hij was het die mij op het spoor van houtbewerking bracht, hoewel ik op het punt stond carrière te maken met mijn tekenwerk. Ik leerde met mijn handen werken en ontdekte dat ik echt handig was!

Ik heb mijn schepen achter me verbrand en nu bouw ik deze woonwagen. Ik doe het niet alleen, nee, er zijn helpers. Het zijn alle mensen van wie ik leerde. Ze kijken stilletjes mee, over mijn schouder.

.

aankomst wagen details 008

December 2014 bracht de smid het onderstel,
Een prachtige uitvoering van de ontwerptekening
die ik had gemaakt.
Hoe lang lijkt dat geleden!

.

Ik hoor het regelmatig. „De wagen is ècht van jòu, dat straalt er van af!“ Dat is een mooi compliment, maar toch… Het is ook van mijn moeder, die nooit bij de pakken neerzat en overal een oplossing voor zocht. En van mijn lieve, o zo handige man die zo snel uit mijn leven verdween. En hoe kwamen deze kleuren tot stand, het prachtige jasje, dat mijn nieuwe huisje heeft gekregen? Uiteindelijk was het zijn vriend Allard Elout, die mij hier toe inspireerde. Ook hij had een sterke band met de natuur. Allard was een zeer toegewijd kunstenaar en een gevoelige man. Hij overleed op hetzelfde moment dat ik de kwast in de hand nam. Ik wist het niet en hoorde het later. Het is één van de vele bijzonderheden aan deze wagen…
En natuurlijk heb ik veel gehad aan Dick, met wie ik zo heerlijk kan overleggen. En ach, er zijn veel meer mensen die helpen. Sommigen weten het helemaal niet, dat ze me inspireren.

We laten onze armen zakken en kijken naar het resultaat, een zacht plafond, met lichte ritmische golven, als binnenkant van een buik. De essenhouten bogen zijn sterk en puur. „Wat heb je dat mooi bedacht!“ Dick kijkt bewonderend, zijn grijze krullen raken nèt niet het dak. „Het is nu een echt huisje aan het worden,“ zegt hij zacht. Mijn blik glijd over de ronde vormen en ik zie dat het goed is. Mijn droom wordt werkelijkheid.

Waar een droom is, is een begin. En waar een wil is, is een weg. Inspiratie is overal. We hoeven het alleen maar te vangen en er samen mee te spelen, als kinderen. Spelen, alsof het een bal is, die steeds van vorm en kleur verandert, telkens wanneer hij in handen komt van weer een ander, uniek mens. Laten we hiermee doorgaan. Hoe groot de chaos ook lijkt te zijn. Uiteindelijk ontstaat er iets prachtigs.

.

.

Hoofd gebroken

blogtek gebroken hoofd

Het is avond.De lucht kleurt zacht groenblauw en de beukenhagen staan eindelijk ook in het blad. Twee merels vliegen af en aan naar een dichtbegroeid stuk. Een stelletje koolmezen vliegen tien meter verderop, niet ver van mijn raam. Zij hebben hun nest in het vogelhuisje bij de vlier. Ik zit achter het venster en staar naar de vink, de roodborst, de mees, één voor één nemen ze een avondbad in de omgekeerde lantaarnkap, die ik in de grond groef. Als er geen regen valt, vul ik het aan met de grote groene gieter. Dat heb ik pas nog gedaan. Maar nu is het avond. Nu doe ik niks meer. Ik ben moe.
Er is veel gebeurd. Ik heb de ene na de andere lijst met materialen de deur uit gedaan. Keurige lijstjes, bij elkaar geschraapt uit volbeschreven kladjes vol namen en getallen. Tot diep in de nacht heb ik achter mijn laptop gezeten, mijn hoofd brekend en speurend naar adressen die iets voor me konden betekenen. Het is gelukt. Ik heb mijn nek in de kramp gewerkt en dat midden in de lente als mijn kop helemaal niet staat naar ellenlange lijsten met getallen en sommen.
Dus nu ben ik moe. Moe en blij. Ik ben door de rijstebrijberg heen. Nu wordt het makkelijker. Het werk zelf is leuk, erg leuk. Ik verheug me erop.

FILM

Kleine mededeling: Afgelopen jaar is er twee keer een filmploeg bij me geweest. Petry Gamers maakte de serie “Mooie mensen”. Eén aflevering daarvan is een portret van mijn leven, hier en nu. Ik vind het mooi gedaan. Ben ik nu een bekende Brabander? Hiervoor was ik een bekende Utrechter. Ik ben benieuwd wat ik straks ga worden.

Link: http://“Mooie mensen, aflevering Alowieke”