De balans tussen willen en laten (The balance between wanting and leaving)

.

Het is als een muziekstuk met talloze partijen. Sommige ervan speel ik, anderen volbrengen de rest.

.

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.

Do you like to listen to the ENGLISH translation? Click on the button underneath.

.

Ik sta voor de zoveelste keer in de kas te kijken. Van de bloemkolen zijn er maar drie opgekomen. Waarom? De maand maart was donker. Misschien is het zaad verrot in de te natte bakjes. Ik ben niet de baas, als het niet mee zit doe je er niks aan. Dat willen mensen graag. Dat de natuur zich aan hun wensen voegt. Tot in de puntjes. Het opkweken van voedsel is daarvan het meest extreme voorbeeld.
Ik ben pas laat begonnen met zaadjes in bakjes stoppen. Plantjes die zo kwetsbaar en afhankelijk zijn, daar moet ik aan wennen. Maar ook dat er een doel is. Het doel is bloemkolen eten. Van de honderd-en-dertig kolen zijn er maar drie opgekomen. Ben ik dan een slechte tuinierster? Nee natuurlijk niet. Want ik ben niet de baas over ze. Die zaadjes hebben hun eigen leven, waar ik maar een piepklein beetje van weet. Daarom heb ik dat doel “Ik wil jouw opeten” maar op de tweede plaats gezet. Veel mooier vind ik het om de natuur te volgen, dan om haar mijn wil op te leggen. Dat is een waar avontuur. Al meerdere mensen heb ik enthousiast gemaakt door tuinieren van die kant te belichten.
Ik struin door de weiden en langs de wilgen. Ik trek een veldje brandnetels weg, waar paarse dovenetel zich bescheiden een weg omhoog probeert te maken. De ruimte wordt met graagte ontvangen. En dan zien hoe het paars zich uitbreidt. Elke dag weer even kijken. Ook dàt is tuinieren! Ik volg en ik grijp in. En dan laat ik het weer. Het is net een spel.
Ik loop langs de rietkragen. Ik speur de oevers af van sloten en kuier door de natte greppels. Ik maak paadjes in het riet en de grote bossen die dat oplevert, stop ik in mijn fietskar. Hele bergen heb ik meegenomen en je ziet nauwelijks dat er wat weg is. Ik leg ze neer rond de perken, om de planten en het zaaigoed te beschermen. Ik vlecht het riet achter mijn huis, tot een schutting. Doordat ik er ben verandert het om mij heen. En niet omdat ik alles omploeg. Maar omdat ik kijk. Twee jaar lang was dit kleine hoekje wildernis. Maar nu grijp ik in, hier en daar. Ik trek brandnetels uit en kleefkruid. Niet alles, maar genoeg om het andere ook een kans te geven. Het look zonder look ziet nu eindelijk het luchtruim, en ook het zevenblad groet mij. Ik grijns naar ze. Groeien jullie maar lekker door. Jullie zijn sterk zat, om de brandnetel aan te kunnen. Als ik dan af en toe een paar blaadjes mag? Het lijkt me een goede ruil. Brandneteltoppen, zevenblad en look zonder look, ik eet ze graag. Waarom zou ik keihard vechten om een paar tere kropjes sla te verdedigen? Je houdt alleen maar kale grond over. Ik houd niet van kale grond. En ik heb die sla ook helemaal niet nodig, eigenlijk. Maar kool wèl… Het is mooie stevige kost, voor de winter. Daarom ben ik ze toch aan het bestuderen. Het hoeft niet meteen te lukken. Misschien duurt het wel twee jaar voor het uit mijn handen komt. Maar het begin is er. Vlak naast mijn kas staan de eerste drie miniscule koolplantjes, net uitgeplant. Je kan zien waar ze staan, want ik heb er rietstengels omheen geprikt, tegen de vogels. Het werkt goed. Ze staan er nog steeds.

Tuinieren en landschapsbeheer, het is prachtig. Het is als een muziekstuk met talloze partijen. Sommige ervan speel ik, anderen volbrengen de rest. Er zijn klinkende trompetten, tedere fluitpartijen en stemmen als nachtegalen. Ik luister en ik dien. En soms, heel soms ben ik de baas. Maar meestal niet.

Dit is mijn land
hoever strekt de grond
waar het zaad dat ik strooide
zich spreidt in het rond
Hoe meer dat ik laat,
hoe meer dat het groeit,
Hoe meer dat ik luister,
hoe meer dat er broeit.

.

.

Mijn inspiratie haalde ik o.a. uit dit artikel: https://www.naturetoday.com/nl/nl/nature-reports/message/?msg=30604

Ook interessant is wat de Vlamingen vinden, en het verschil tussen hun wat rommelige aanpak en de grootschalige werkwijze van de Nederlandse natuurorganisaties. Wat is beter?

Over de noodzaak van verstilling in het natuurbeheer: https://edepot.wur.nl/148759

.

NEDERLANDS:

ENGELS:

Nature is like a piece of music with countless parts. Some of them I play, others accomplish the rest. (Alowieke)

Song of diversity

This is my land
how far does the soil extend
where the seed I sowed
spreads around despite the drought
The more that I let
the more it grows,
The more I listen
the more it glows.
And our brightful laughter
is like the needed water

.

I always try to trace my blogs to a deeper source. This time I got my inspiration from this article, which Jeroen de Ditches connoisseur sent me, exactly when I was looking for a theme for my new story. The philosopher Eric Higgs is a Canadian environmental philosopher. He distinguishes between two ways of land restoration. The technological approach and the focal. The latter explicitly focuses on the connection between man and nature. In other words, creating committed relationships between people and ecosystems. And that is exactly what my stories are often about: https://www.naturetoday.com/nl/nl/nature-reports/message/?msg=30604

Also interesting is this story by Glenn Deliège. He is affiliated as a research fellow of the FWO at the Higher Institute for Philosophy of the KU Leuven. He is currently working on a dissertation on a philosophical interpretation of conservation practices, paying particular attention to nature conservation as meaning and to nature conservation which brings about the continuity of meanings in the lifeworld. In this article he carefully distinguishes between two archetypes of nature conservation in Flanders and the Netherlands, with a view to the question of how well they succeed in establishing that continuity. The difference between the somewhat messy bottom-up approach and the large-scale approach of the Dutch nature organizations that is directed from above. What is better? About the need for stillness in nature management: https://edepot.wur.nl/148759

Meer ruimte voor kleine boeren! (More room for small farmers)

.

.

Ik kies voor de kleine boer. Zij kunnen land en bodem herstellen.

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.

Do you like to hear the ENGLISH translation? Click on the button underneath.

Ik heb het eigenlijk nooit over standpunten. Een goed verhaal bestaat uit beelden, zodat je je kan inleven. Het liefst bereik ik daarmee zoveel mogelijk verschillende mensen. Maar soms is het nodig om je direct uit te spreken. Het is als een punt achter een zin. Of een komma, waarna je door kan gaan.

Laat ik helder zijn: We konden kort geleden stemmen. Ik ben gegaan, want ik vond het belangrijk. Het ging om de Waterschappen en de Provinciale Staten. Vanuit de Provinciale Staten wordt de eerste kamer gekozen, dus daar hebben we dan ook invloed op. Ik stond dus ook in zo’n hokje met een rood potlood in mijn hand. Het zal sommigen niet verbazen: Ik heb niet op BBB gestemd. Waarom niet? Deze partij is opgezet door een marketingburo, die conservatieve boeren in het zadel wil houden. Deze boeren zetten mijns inziens de zaak vast, en niet alleen met tractors op de weg. Het is de doodlopende weg van schaalvergroting die ten koste wat het kost wordt verdedigd. Heggetjes, hakhoutbosjes en greppels, alles wordt uitgewist om beter met grote machines het land op te kunnen. Er wordt al decennialang kunstmest gebruikt, hoewel men een eeuw geleden al wist dat het de grond geen goed deed. Ook het gifgebruik is weer toegenomen. Het leek er een tijdje op dat het minder werd, maar helaas zette dat niet door. Het gevolg is een steeds doder, fantasielozer landschap, waar niemand graag in rondfietst. Een partij als BBB maakt dat hierin niets of weinig zal veranderen. Natuurlijk wil ze ook wel goeie dingen. De bus en bieb, die terug moeten komen in het platteland. Dat zie ik ook graag. Maar dit weegt voor mij bij lange na niet op tegen die andere kant: Het voortzetten van de grootschalige export en de agro industrie. Alles voor de groei-economie, een grijze wereld van cijfers. Daarmee door te gaan zie ik niet alleen als een ramp voor Nederlandse landschap, maar ook voor onze gezondheid, de aarde en de mensen in het verre Zuiden.

.

Ook heggen en sloten horen thuis in Nederland

.

Nederland is beroemd om zijn zwart witte koeien met enorme uiers. Andere runderen kunnen prima met een kruidenrijke weide toe, maar deze zijn zo ver door gefokt dat ze verslaafd zijn gemaakt aan grote hoeveelheden eiwit. De bulkladingen vol soja die daarvoor uit Brazilie worden gehaald, maken een wereld van leven kapot. Er worden vele hectares bomen gekapt, diersoorten sterven uit en stammen die daar thuishoren worden opgejaagd. Dus ik zet steeds weer mijn handtekening: “Laat die bomen staan.”
Ik ben vóór die stammen, die er hun thuis kunnen vinden, en ik leef mee met de laatste jager verzamelaars. Ik denk ook aan de kleine boeren in Afrika. Ook hen steun ik, door niet op BBB te stemmen. Honderd miljoen kilo aardappelen worden daar naartoe gebracht, nee, zelfs meer nog. De prijzen zijn zo laag, dat een kleine Ethiopische boer daar niet tegenop kan telen. En het is zelfs nog gekker: Vele kilo’s groente komen in de winter uit Ethiopië, geteeld door Nederlandse boeren daar. En dat terwijl de bevolking er honger lijdt door toenemende droogtes. Waarom doen we dat? We moeten ze beschermen, juist die kwetsbare kleine boer in verre landen. Door bij de biologische boer in je eigen buurt te kopen, zorg je indirect ook voor hen. Je helpt ze door boerenkool te eten in de winter, in plaats van sperziebonen uit Ethiopië of Senegal. Het helpt ook als je voor een politieke partij kiest die de wereldhandel wil beperken. Die meer streekmarkten wil en de eco-boer een eerlijke prijs wil geven.

Ook in Nederland hebben kleine en beginnende boeren het moeilijk. Er zijn steeds meer jongeren te vinden, die het anders willen doen. Een organisatie als Toekomstboeren groeit als een speer. Ze weten de energie erin te houden. Er zijn conferenties en workshops. Het gaat over gezonde landbouw waarin de natuur een plek heeft. Er zijn allerlei vormen en namen voor. Herstellende landbouw, biologische landbouw, agro forestry, permacultuur, het is een hele hand vol. Inspiratie en kennis is er zat. Jonge boeren willen graag hun handen uit de mouwen steken. Maar hoe kom je aan land als je geen pa hebt die boer is? Grote boeren, voor een groot deel BBB stemmers, kopen het vrijkomende land op. Grond gaat van de hand voor torenhoge prijzen. De boerenakkers in Nederland kosten tien keer zoveel als elders. Dat is geen probleem, de bank zorgt wel voor een lening.
Maar deze jonge boeren staan aan de kant. Die komen nauwelijks aan bod. Er is geen ruimte voor hen. De koek gaat op aan grote jongens. Sommige landloze jongeren emigreren dan maar. Maar ik wil die jongelui niet kwijt! Juist zij, die het kleinschalige boerenlandschap willen herstellen, hen moeten we dragen op handen. Zij, die gezond voedsel willen kweken van gezonde grond. Ja, er moeten meer kleine boeren komen, hier in Nederland. En niet alleen hier, maar wereldwijd. Ik steun ze. Dit is het standpunt, vanwaaruit ik mij beweeg. Hier sta ik, in alle hoop op beterschap en met vieze schrijvershanden.

Je kunt nog altijd de petitie tekenen. Het gaat om andere keuzes in de wereldhandel, bescherming van mensenrechten en een gezonde aarde voor de generaties na ons: https://alowieke.blog/de-petitie/

.

NEDERLANDS:

ENGELS:

We need a Small Farmer Revolution. Especially here, in the Netherlands, where large scale agriculture is defended at all costs. There are more and more young landless farmers, with energy and knowledge to bring the balance back. But they are standing aside. We need a revolution to help them, and other small farmers in the world..

Iets laten groeien is niet niks (Before it grows! – 2)

DEEL 2

Voor alles wat je koopt, gaat ergens anders iets verloren. Wat? Over veengrond en turfgebruik in de tuin en kwekerijen.

.

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.

Do you want to listen to the ENGLISH translation? Click on the button underneath.

Zou er nog leven in zitten? Ik ben net wakker, wanneer ik mezelf deze vraag stel Ik lig in mijn hangmat en denk aan het zaaigoed. Gisteren was er nog steeds niks. Na bijna een maand heb ik er steeds minder vertrouwen in. Misschien had ik het koeler op moeten bergen, dat zaad, en is het uitgedroogd. Of misschien had ik het in turfpotjes moeten doen. Die kan je kant en klaar kopen en er zit al een zaaigaatje in. Turf kan veel water opnemen, en vocht is belangrijk in dat prille begin. Ik pieker. Kan het sneller of beter? Zelfs ik als langzaam levende minimalist val wel eens ten prooi aan dit soort ongeduld. Zo minimalistisch ben ik dus ook weer niet. De verleiding is groot. En die turfpotjes lijken me wel heel handig voor ontkiemend zaad. Maar de volgende vraag is dan, waar komt het vandaan? Wat gaat er verloren doordat ik dit wil? Voor alles wat je krijgt, verdwijnt er ook iets. Wat dat is, dat is een belangrijke vraag.

Ik open de laptop, zoek en lees. Ik lees zoals ik al jaren lees, want alles over de bodem intrigeert me. Haar verhalen, haar leven, haar ongeboren mogelijkheden.
Het antwoord ligt voor het oprapen. Ja dus. Er verdwijnt veel, door ons turfgebruik. Al eeuwenlang wordt er grond afgegraven voor turf. In de middeleeuwen voor brandstof en ook in de eeuwen daarna. Dankzij onze voorouders is de dikke laag veen grotendeels verdwenen en zakken we nu steeds verder de nattigheid in. Er gaan bovendien prachtige plantengemeenschappen ten onder, door wat wij met onze pot en tuinaarde in onze tuin laten groeien. Is dat het allemaal waard?

.

Veenvormend moeras in Polen

Overheden houden zich daar meestal niet zo mee bezig, met plantengemeenschappen. Voor hen geldt vooral het CO2 verhaal. In veengronden zit namelijk ook enorm veel koolstof opgeslagen. Dat gaat de lucht in als je het weggraaft. Vooral daarom is men internationaal bezig met het afbouwen van turfgebruik. In Engeland is turf al verboden. Bij ons nog niet, al heeft de tweede kamer niet lang geleden gezegd de alternatieven te willen onderzoeken.
Turf wordt nog steeds gewonnen om in tuincentra te verkopen. Het zit in tachtig procent van de plastic zakken die er liggen en ook boeren en tuinders gebruiken het. Wij zijn de grootste gebruiker van heel Europa. We hebben niet alleen onze eigen turfgronden grootschalig uitgestoken, maar importeren nu op grote schaal uit het buitenland.

Tja. Maar beter geen turfpotjes dus, voor mijn zaad. Wat kan ik dan gebruiken? Het eerste bericht dat opduikt gaat over biochar. Ik ben meteen geïnteresseerd. Maar eerst doe ik de slaapzak over mijn hoofd, die ik als bijdekentje gebruik. Het is nog fris in huis en ik krijg koude handen. In mijn kleine donkere tentje is het lekker warm. Het beeldscherm licht op in het donker. Ik lees verder: “Biochar is vooral gemaakt van plantenafval dat verhit wordt tot 350 graden. Op die manier gaat er geen koolstof verloren en het afval hoeft niet naar de stort te worden gebracht, maar wordt hergebruikt.”
Wat raar, denk ik als ik het lees. Elke gemeente maakt er stadscompost van. Er gaat nergens groenafval naar de vuilstort! Het klinkt als een promotieplaatje van techneuten zonder contact met de werkvloer. Dat gebeurt wel vaker als het over CO2 oplossingen gaat. Het moet meteen big business worden.
Verderop lees ik dat ze het zelfs als koolstofopslag in de grond willen stoppen. De haren rijzen mij te berge. Klinisch in de grond stoppen, verbrande bomen en planten? Zonder er iets nieuws uit te laten groeien? Dat is bizar. Er is notabene een groot tekort aan compost, las ik in een vakblad voor bosbouwers.
Gelukkig zie ik ook een ander bericht. De Belgen laten zich niet gek maken. Die doen degelijk bodemonderzoek. Het ILVO (Instituut voor Landbouw-Visserij en Voedingsonderzoek) doet er verslag van, en het WUR heeft het overgenomen. In biochar is geen worm te zien, hebben ze ontdekt. Dus dat in de grond stoppen is het einde van de levenscyclus, begrijp ik. Ik ben blij dat ik het hier zwart op wit zie. Dank je wel, lieve Belgen! Techniek zonder liefde is een doodskist voor het leven.

.

Veenafgraving

.

Wat is het dan wel? Waar moet ik mijn zaad in stoppen? Het antwoord is simpel. Gewoon, met levende compost, gemaakt van verschillende ingrediënten.

Ik staar uit het raam over de groene weiden. Opeens heb ik er genoeg van. Ik klap de laptop dicht, klauter uit mijn hangmat en ruim alles op. Ik was me en kleed me aan. Nu wil ik zien hoe mijn eigen zaad erbij staat! Ik stap de deur uit en klim het kleine bordes af. De merel voor mijn deur vliegt luid protesterend weg. De lucht voelt warm aan. Ik schuif de deur open van de kas en loop naar achteren. Tot mijn grote verrassing zie ik de eerste groene sprieten de grond uit komen. Heel klein nog, nauwelijks zichtbaar, maar het is wel een teken van leven! Dat schept hoop. Gelukkig maar dat ik die turfpotjes niet heb gekocht, maar het gewoon gedaan heb met wat ik had, met bladaarde, dezelfde compost die ik ook voor de bomen gebruik. Ik pak de gieter die ik gisteren tweedehands kocht. Een kleine, mosgroen van kleur met een lange slanke tuit. Met een dun straaltje giet ik het water uit over de kleine bakjes. Hier groeit het in elk geval. Zelfs zonder turf. Goddank, het groeit!

‘Planten kweken is niet iets dat je even snel kunt doen,’ zeg Linda Chalker-Scott van de Washington State University. Zij is ook de schrijfster van het blog Horticulturalist Myths. ‘Als je een duurzaam systeem wil, moet je het op de juiste manier doen.’ Ze vindt dat we ons weer moeten richten op de grond onder onze voeten. ‘Honderd jaar geleden hadden we geen potgrondmengsels,’ zegt ze. ‘Planten hebben het al die tijd prima zonder gedaan.’

LINKS
https://www.nationalgeographic.nl/van-potgrond-krijg-je-vuile-handen-letterlijk-en-figuurlijk.https://turfvrij.nl/peat-science/
https://www.boom-in-business.nl/article/36896/tweede-kamer-wil-geleidelijk-af-van-turf-in-potgrond
En als laatste het onderzoek van ILVO: https://edepot.wur.nl/365672

.

NEDERLANDS:

ENGELS:

For everything we buy, something disappears somewhere else. What? I read in the morning, in my hammock, and find out the effects of my use of peat. But on the road, I also discover strange CO2 solutions. Find other inspiring facts in the blog Horticulturalist Myths

.

Song for my seeds

.

.De twee onderste foto’s komen van Wikipedia:
1 Door Radomil – Eigen werk, CC BY-SA 3.0,

https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=69596
2.CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=244694

.

.

Iets laten groeien is niet niks (Before it grows!)

Wat nodig is… Een beker kennis, een vat vol liefde en een oceaan van geduld. . . . . . . . . . . . Franciscus van Sales (1567 – 1622)

Alleen een oceaan van geduld vult onze beker van kennis tot in het oneindige, zonder hoogmoedig te worden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Alowieke (1965)

.

Edwin Harris, 1855 – 1906, Spring

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.

Do you want to listen to the ENGLISH translation? Click on the button underneath.

.

Mijn nieuwe kas is ingewijd en heeft nu alle weersomstandigheden gehad. Vandaag stormt het. Ik heb de schuifdeuren moeten vastbinden. Gisteren lag er nog sneeuw op het dak. De dag dat ik terugkwam van weggeweest.

Ik loop over het veld naar mijn nieuwe tuinkas. Ik heb een drukke tijd gehad en was veel op pad. Het is lang geleden dat ik zo vaak ben weg geweest. Het was leuk. Maar vaak weg zijn eist zijn tol. Ik moet eraan wennen weer terug te zijn. Ik stap over een greppel heen. Er staat een klein beetje water in met een dun laagje ijs erop. De grond is nog bevroren en het kraakt onder mijn laarzen. Vlak voor de kas blijf ik staan. Er ligt een dun laagje sneeuw op het dak. Er mag geen sneeuw op het dak liggen, stond er in de handleiding. Maar de zon geeft al veel warmte. Af en toe valt er met een doffe plof een klont naar beneden. Laat de boel maar smelten, dan heb ik er geen werk aan. Ik wil naar binnen. Moeizaam probeer ik de schuifdeur te openen maar het lukt niet. Oei, niet forceren, nu. Eerst kijken. Waarom doet hij het niet? Dan zie ik zie het. IJs belemmert de goede geleiding. Ik heb nog geluk dat de deur niet op mijn kop is gevallen. Ik peuter het ijs uit de geleidingsgoot en probeer het voorzichtig opnieuw. Er komt beweging in tot het een kier is, net groot genoeg voor mij. Nieuwsgierig wring ik mezelf erdoor, de glazen ruimte in. Nog steeds wordt ik blij, als ik tussen de glazen wanden sta. Toch neem ik geen tijd om daarvan te genieten. De stellingkast achterin wil ik zien. Hoopvol schiet ik erheen en sta stil, met mijn neus erbovenop. De zaaitrays staan er nog net zo bij als hoe ik ze achterliet. Ik kijk naar de zwarte bladaarde, die ik zo mooi heb gezeefd, voor het in de tientallen aanééngesloten potjes ging. Het zit in de allerbeste zaaitrays die ik kon vinden. Ze zijn sterk en stevig en van gerecycled plastic en gaan nog vele jaren mee. De nieuwe kas is prachtig en redelijk warm, hoewel er af en toe een koude wind door de kieren waait. Ik heb veel moeite gedaan voor die piepkleine zaadjes. Alles is optimaal. Dat dacht ik. En toch, zwart is de aarde, alleen maar zwart. De zaadvaste bloemkool en koolrabi zitten er al twee weken in en doen nog niks. De kruiden die ik vorige week zaaide ook niet. Het is een dooie boel. Kom op zaadjes, ga het nou doen! Ik heb alles voor jullie over!
Tja…
Zaad groeit niet omdat ik het wil. Zelfs al bouw ik er een glazen kasteel omheen met een luxe kachel erin. Zelfs al geef ik elke dag een groot concert om de lucht uitnodigend te laten vibreren. Misschien gebeurt er wel helemaal niks. Dan zal ik toch doorgaan, het op een andere manier proberen. Iets laten groeien vraagt om geduld en volharding. Je moet erbij blijven, ernaar kijken en ervoor zorgen. Het laten mislukken als het moet, bedenken wat er anders kan en opnieuw beginnen.

Ik kijk naar de uitgestrekte weide, bedekt met een witte sluier. Dikke pollen groen gras steken boven de sneeuw uit. Het gras heeft mij niet nodig, om te groeien. De grond zit vol wormen, die de bodem voeden. Vooral hier, waar de bomen staan zijn het er veel. Deze plek wordt dan ook druk bezocht door merels. Die lusten wel een wormpje. Jonge plantjes trouwens ook. Vooral bloemkoolplantjes, fris en mals. Ik houd van de merels, maar je moet ze wel in de gaten houden. Of zorgen dat er eten is. Wormen, beestjes, bessen. Struiken, blad, een mesthoop. Dan hebben ze geen honger meer. Kunnen ze fluitend de boom in, met een volle maag. Maar nu is er niks te horen. Geen merel, geen winterkoning roert zich. Geen zaad wat opkomt, geen vogels om me te begroeten… Ik voel me leeg en heb de neiging om gelijk weer weg te gaan. Ik haal diep adem en weet. Hier moet het gebeuren. De plek waar mijn huis staat. Waar ik ben daar groeit het. Alles waar ik zoveel tijd en liefde heb ingestopt roept om mij. Vooral die kleine dingetjes waar leven in schijnt te zitten. Soms maar een millimeter groot. Ik kijk in de zaaitrays naast me. Is er echt geen eentje die op komt? Nee, niks.
Dan zie ik dat één tray wat droog is. Ik pak het kopje van de tafel en dompel hem onder in de grote wijnrode emmer, met water uit de sloot. Ik giet het water over de rulle grond in de potjes en hoop dat het zo goed is. Meer kan ik niet doen. Dan loop ik door dezelfde kier weer naar buiten en schuif de deur dicht. Een klodder gesmolten sneeuw valt vlak naast me neer, net niet op mijn hoofd. Ik glimlach.

.

En de wind die waait maar door, en door en door……..

.

NEDERLANDS:

ENGELS:

Only an ocean of patience fills our cup of knowledge to infinity, without becoming haughty. . . . . . . . . . . . Alowieke (1965)

I come home after being away a lot. I look at the seeds I sowed in my new green house.

.

.

Bloemkool, door bijen bestoven.

.

.

Vorige week vertelde ik een verhaal op een bijeenkomst over zaden en de toekomst. Ik heb beloofd dat ik dat verhaal hier zou publiceren, dus doe ik dat bij deze.

.

In het lage zonlicht kijkt boer Jan uit over zijn land. Het is het eind van een lange werkdag. Zijn twaalfjarige zoon staat naast hem. Op de lichtgroene bloemkoolbladeren ligt dauw. Ze zijn keurig naar binnen gevouwen en beschermen de roomwitte schat er binnenin ‘De kolen horen bij ons’ mijmert hij. ‘Het zijn net kinderen. Mijn pa kweekte het zaad uit het zaad van mijn grootvader en overgrootvader. Het verbindt ons met de generaties voor ons en met het land. Weet dat, jongen, dat we dit nooit vergeten. De schat die voor ons ligt wordt steeds zeldzamer.’ ‘Elk gebied had vroeger zijn eigen rassen. Overal waren boeren als wij, trots op hun eigen unieke zaad. Wij zijn de laatsten der Mohikanen’.
De boer is één van de weinigen die nog zaadvast kweekt. Zaad dat bestoven wordt door bijen en insecten. Zaad dat verbonden is aan de bodem waar het vandaan komt, of het nou klei is, veen of zand. Het is sterk en vol vruchtbare groeikracht.
‘Ze zijn wel iets kleiner dan die die uit hybride zaad komen,’ zegt boer Jan langzaam. ‘Maar wij zijn onafhankelijk en vrij! Wat er ook gebeurt, we kunnen er altijd op vertrouwen.’
‘Maar waarom nemen we dat andere zaad niet, als dat zoveel groter wordt?’ vraagt de jongen.
‘Die andere worden steeds opnieuw gekweekt uit dezelfde twee ouders. Hybride, noem je dat. De vader en moeder verschillen wel erg van elkaar. En het zaad dat daaruit komt is niet altijd vruchtbaar. Er zijn er die wel ontkiemen, maar dan is het een warrige boel. Ze zijn allemaal verschillend. De kool zelf heeft er weinig aan, en wij ook niet. Ik denk, laat de kool maar kiezen hoe hij zich aanpast. In vaste bodem weet hij dat vast en zeker beter dan wij. Het klimaat verandert sneller dan we dachten. Weet je nog hoe droog het was vorig jaar? Maar onze bloemkolen zijn sterk. Met ons zaad zijn wij goed voorbereid.’ De jongen glimlacht tevreden.

Hybride zaden geven grotere vruchten, knollen en kolen, en zijn vaker bestand gemaakt tegen ziektes. Maar op den duur is de fut eruit. Het mist een vaste bodem. Daarom is het belangrijk dat er altijd zaadvaste familieleden blijven. Planten die vruchtbaar zijn, en waar we altijd naar terug kunnen. En hoe mooi is het, dat voedsel, of het nou kolen, knollen of peren zijn, zo’n geschiedenis kent! Daarom is het belangrijk dat het blijft. Dat iedereen het weet, dat boer Jan er is en anderen zoals hij. Kijk of vraag ernaar, is het zaadvast of hybride wat je koopt? Wisseling van spijs doet groeien!

Met dank aan de Zaderij, vooral Marran: https://www.zaderij.nl/

In België te verkrijgen bij Velt: https://velt.nu/samenaankoop-biologische-zaden