Als je gezond bent, bof je

.

.

Gezond zijn is een gunst, een cadeau dat je krijgt. Anderen boffen minder.

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst. (No English today)

.

Druppels regen tikken op het raam. Een bijzonder uitje ligt in het verschiet, maar mijn gedachten gaan uit naar het verleden. Volgende week ga ik een tijdje weg, naar Buitenkunst in Drenthe. Ik zou me erop kunnen verheugen. Maar vandaag is dat even niet zo. Ik denk aan heel andere dingen. Ik denk ik aan een periode in mijn leven, die steeds verder wegdrijft in jaren. En toch is het ontiegelijk dichtbij. Het gaat over de dood. In de docu Rooted Nomad heb ik een tip van de sluier opgelicht, met weinig woorden.

Het is niet de dood die het pijnlijkst is, voor mij, het is de veroordeling van mensen. De dood wordt er nog doder van.

Michiel, mijn man stierf aan longontsteking. Hij droeg veel met zich mee. Er werd gefluisterd, maar niemand vroeg iets. Het gerucht was duidelijk hoorbaar, maar het was een enkeling die het zei: Hij heeft zich doodgezopen. Het was zijn eigen schuld. Onverschillig haalt men de schouders op, in onbedoelde wreedheid.
Als pijn niet aan het licht komt is het als een groeiende schaduw. Het kan je overvallen, als iets dat los van jezelf staat. Eigenlijk hoort het niet bij je. Je bent immers gemaakt van sterrenstof. Het versluiert. Uit groeiende schaduwen ontstaan oorlogen. Naar binnen kijken is nodig, de tijd nemen. En mededogen. Je inleven in de ander. Het lost de schaduwen op.
Oordelen maken veel kapot. Mijn man, wie kende hem? Wie wist hoe zwaar het leven voor hem was, zo zwaar, dat hij al jong voelde dat hij een oude man was? Een mens hoort succesvol en gezond te zijn, in onze maatschappij. Het tempo is moordend en voor de meest gevoelige en de meest talentvolle mensen volkomen ongeschikt. Zo ook voor hem. Hij was een technisch creatief genie en zo hartelijk! Eigenlijk was hij meer een middeleeuwer. Ja, hij is gestorven en ik denk dat hij deze waanzinnige tijd waarin wij leven sowieso niet had overleefd. Als je niet gezond bent is het je eigen schuld? Als je geen succes hebt, dan had je beter je best kunnen doen? Nee.

Dit zijn zaken waar we het over moeten hebben. Ook al ga je op vakantie en is het leven goed. De schaduwkanten van onze maatschappij mogen niet achter vrolijke kleedjes worden verborgen, die massaal in de uitverkoop zijn.

Eigenlijk had ik al een ander blog klaar. Het was dit artikel, waardoor ik werd geraakt en dat de hartslijnen naar het verleden trok. Het gaat hierover: Gezondheid is voor het grootste deel afhankelijk van dingen waar je niks aan kan doen. Een heel feitelijk stuk kan soms veel losmaken.

Lees het als je wilt. Ik laat het nu voor wat het is. Ik ga luisteren naar de regen en zorgen voor de bomen. Dick past op ze, als ik weg ben. Voor die twee weken dat ik weg ben, heb ik twee korte stukjes klaarliggen, over de natuur. Die worden automatisch gepost. Dus jullie zitten niet zonder. Nou, Tot later dan!

https://decorrespondent.nl/13564/gezond-leven-is-een-keuze-als-je-geld-hebt/3470995168476-5520caf7

https://www.2doc.nl/documentaires/series/makers-van-morgen/2022/rooted-nomad.html.

.

NEDERLANDS

ENGELS: For this time there is no english version of the story.

De boom en de magere man ( The tree and the skinny man)

Al zo lang ik leef loopt hij langs mij heen, de magere man. Zijn huid is dun als perkament. Misschien is hij wel even oud als ik.

.

Liever luisteren? Klik op de knop onderaan de tekst.

Do you want to hear the ENGLISH translation? Click on the button under the text.

“Wanneer je ergens naar uitziet, dan kan je de dood uitstellen. Zolang je nog iets wilt, dan leef je. Dat heeft veel invloed.” Het is de magere man die het zegt, misschien wel even oud als ik. Ik ben een boom. Een wilgeboom. Ik sta hier en hoor alles. Ik heb jonge mensen gezien die oud waren. Geen uitzicht zagen, niets wilden. Ik heb oude mensen gezien die steeds jonger werden. Zolang je elke lente maar sprankelt. Paadjes maakt in het riet aan de voet van mijn stam. Een plekje schept dat geheim is. Met glimmende ogen struin je erheen, de sikkel in de hand. Even doorlopen nog, dan ben je bij mij, de oude wilg. Dan, riet wegsnijden, nog meer riet. Trekken aan brandnetels en kruipende winde met hun witte pispotjes van bloemen. Hakken, met de sikkel tot er ruimte is, ruimte genoeg. Alleen jij bent hier met mij en de vogels. Je gaat zitten op de dode, liggende boomstam. Pissebedden schieten weg vanonder vallende schors. De dichte groene massa is verdwenen, dat heb jij gedaan. De heldere zon schijnt. Het is maar een heel klein open plekje. De stam, de bodem, alles is nog vochtig van de schaduw, die er altijd was. Je zit op een kleine heuvel, waarvan je nu de top hebt vrijgemaakt. Over de wilgenroosjes heen kijk je over het water. Ik, de oude wilg, bescherm je. Mijn vijf dikke stammen staan dicht op elkaar. Twee andere zijn afgezaagd, maar er groeien nieuwe takken uit. Er loopt een piepklein weggetje, verstopt tussen mijn dikke stammen door. Het gaat er in een bocht doorheen, de grond is er hard en aangestampt. Daarachter loopt het naar beneden. Tussen lange plantenstengels kom je uit bij het donkere water. Een paadje van de dieren is het. Niemand die het ooit zag, behalve jij, nu op dit moment. Jij zag als eerste mens, dit kleine geheim aan de voet van mij. Iets om te vieren! Ja, vier het, samen met mij! Verscholen tussen mijn wilgenblad en wuivend riet kan je het water zien. Het water, en aan de overkant het maisveld. Alles was er al. En toch is het nieuw, nu jij hier zit. Oud en nieuw tegelijk.

Voor sommigen verandert het uitzicht niet. De blik fixeert zich in oude gedachten. Het geheime paadje van de dieren ziet hij niet, de verbitterde man. En ook de wilgenroosjes niet. Met grote passen loopt hij tussen het riet door naar mij toe. Hij staat bij de liggende boomstam en kijkt naar de overkant, over het water heen, dat schittert in de zon. De schitteringen doven uit in zijn ogen. Hij ziet de waterhoenen niet, die nu kuikens hebben en zwemmen tussen het riet. De bittere man gromt en vloekt. Hij kijkt naar de groene trekker die daar rijdt, aan de overkant. “Al acht jaar mais! Hij maakt de Aarde kapot, die boer. Het is misdadig. Veertig jaar geleden was het precies hetzelfde met de wereld. Mais, mais, kunstmest en pesticiden. Ze mishandelen de aarde. Ik zou ze soms wel af willen schieten.” Hij draait zich om en loopt terug. In het dagelijks leven is hij de vriendelijkheid zelve. Zelfs zijn eigen vrouw kent zijn verbitterde bekommeringen niet. Een oude man en toch zo oud nog niet. Alles komt voorbij. Ik sta hier al tientallen jaren en hoor alles. Zo-even zat hier nog een jonge vrouw met een kleuter. Ze luisterden naar het geritsel van de reuzenlibelle in het riet. Hij was gigantisch. Ze lachten met ingehouden pret.
De magere man komt langslopen en glimlacht. Zijn huid is dun, maar hij hoort en ziet nog evenveel als ik. De ouderdom maakte zijn ogen zacht. Zoveel verschillende mensen, en ik, de oude wilg, hoor alles. Zonder er iets van te vinden.

.

NEDERLANDS

.

ENGELS

Everything will pass. I have been standing here for decades and hear everything. The skinny man walks by and smiles. His skin is thin like parchment, but he still hears and sees just as much as I do. Old age softened his eyes. So many different people. I, the old willow, hear everything. Without judging..