Brullend het bed uit

.

brullen-het-bed-uit-kl-frm

.

Ik word langzaam wakker en voel de kou van de afgekoelde wagen om mijn nek en schouders. Ik trek het grote warme schapenwollen dekbed verder naar me toe. De plek naast mij is leeg. Kan ik wel alles voor mezelf pakken? Straks komt Dick terug en dan heeft hij niks, denk ik slaperig. Dan bedenk ik me dat hij natuurlijk terug fietst naar Eindhoven vandaag. Waarschijnlijk is het een uur of half zeven en is hij zich aan het scheren. Prompt trek ik het hele dekbed in een bult over me heen. Ik duik er diep in weg, om gelijk daarna weer in te slapen.
Voor mijn gevoel is het nog maar heel even later, als de grote hand van Dick de berg van dekbed en dekens uitgraaft om mijn gezicht te zoeken. Drie lieve zoenen en daar gaat hij weer. Tevreden graaf ik mezelf weer in.
Even daarna word ik wakker van kabaal, alsof iemand keihard tegen de wand van mijn wagen aan staat te rammen. Is Dick teruggekomen? Die maakt toch niet zo’n herrie?
Dan hoor ik een kip kakelen, paniekerig, opgeschrokken. Ineens weet ik het. Het zijn de moordenaars!

De kippen slapen al onder mijn wagen zolang ik hier ben. Het zachte gekakel in de ochtend is een vredig en gezellig geluid. Zelfs het kukelen van de haan hoor ik graag. Al snel daarna sta ik op om ze te eten te geven. Het was zo vreemd gisteren, ik had het haantje helemaal niet gehoord. Toen ik naar buiten ging om ze te voeren, zag ik overal grote veren, die uit zijn staart afkomstig waren. Het haantje zelf was nergens te vinden. Wel vond ik één van zijn hennetjes, net als hij, klein, zwart-wit gevlekt met blauwe poten, die nu levenloos de lucht in staken. Te grazen genomen, net als haantje.
De kleine kippen kunnen gewoonlijk goed vliegen en hebben een grappig aandoenlijk loopje. Toch hadden ze het niet gered. Wie was de moordenaar? En hoe had hij er wel twéé te pakken kunnen nemen in zijn eentje, zonder dat ik het merkte? Ik bekeek het dode kipje. Het had geen wond, maar wel een kale plek op de rug. Zou het een hond zijn geweest? Honden zijn meestal niet op prooi uit, maar schudden hun slachtoffer wild heen en weer, alsof het een lappenpop is. Pure lol. En een kippenek is snel gebroken. Ik liet het kipje liggen waar het lag, midden op het veld.

Ik neem niet eens de tijd om mijn laarzen aan te trekken. Ik ruk de deur open en brul zo hard als ik kan. Twee grote langharige honden, van een goor soort wit, schieten onder het bordes vandaan. Als een vrouwelijke Tarzan spring ik van het bordes af, bijna bovenop ze. Op blote voeten ren ik ze zo hard als ik kan achterna. Helemaal tot aan het eind van de oprit, al brullend en schreeuwend. De steentjes onder mijn voeten voel ik niet. Heel even denk ik, ze moesten eens weten, ze zijn véél sterker dan ik. Meteen druk ik die gedachte de kop in. Ik ben kwaad. Ik ben heeeeeeeeeel kwaad. En ik brul nog harder. Weg zijn ze! De hoek om, de weg op.

Het duurt een poos voor mijn voeten weer warm zijn. Het gras was wit gevroren, maar ik had er niks van gemerkt. Als ik me een uurtje later warm heb aangekleed ga ik buiten kijken. Achter de wagen vind ik een stil en aangedaan hoopje kip. Het is de oude bruine Brahma, met zijn cowboypoten. Aan een Brahma zitten heel veel veren. Er liggen er ook veel om haar heen, maar toch zie je niet dat ze wat mist. Misschien dat de honden niet goed grip konden krijgen op die verenmassa. Ik babbel geruststellend tegen haar en ze doet snel haar snavel open en dicht, als het een mens was dan zou die smakkend likkebaarden, zo’n beweging is het. Een hapje eten brengt kip weer een beetje tot zichzelf, denk ik bij mezelf en Ik strooi het graan dat ik in mijn hand heb voor haar uit. Ze staat op en begint te pikken.

Ik hoop dat die honden zó geschrokken zijn, dat ze niet meer terug durven te komen!

.

.brahmakip-vierkant-klk-fr

Kip zit er bij

als een kuiken, net uit het ei

en verwacht nu lekkere hapjes van mij.

.

.

Noot na. Het is nu eind december 2017. De honden zijn opnieuw geweest. Ze hebben Pauw gedood. Ik maakte dit filmpje, ter ere van hem. Het was een trieste dood voor een mooie trotse vogel.

.

.

.

Dans de evolutie in!

.

.
dans-de-quantum-evolutie-kl-frm

.

.
Zwierend dans ik. De zaal is warm en schemerig en vol zwetende lijven en de muziek is ritmisch, licht en vrolijk. Mijn lichaam gaat mijn ogen achterna en ik heb het gevoel dat alles mogelijk is. Snel als water ga ik voort, slalom tussen schuddende schouders en balancerende benen door, langs stelletjes die stralend langs elkaar heen bewegen. Het is of ik zwem, zwem in een diepe stromende bergrivier, de rivier lààt mij dansen en ik geniet van het veeltonige geluid van water.
Ik draai om een ingetogen brunette heen, houd me in, ga mee in haar verstilling als in een dromerige bron en ze glimlacht. En voort ga ik weer, laat me gaan in de bewegende zee van mensen. Ogen fonkelen als ze me aankijken, ik maak een pirouette naast een snel bewegende man, de draai brengt mij bij een andere hand, ergens in de lucht ontmoet ik hem. Ik pak de hand, draai driemaal rond en laat weer los, ben alweer ergens anders.

Ik kijk achterom. Daar staat een lange jongen mij lachend en stomverbaasd na te kijken. Een meter van hem vandaan staat het meisje. Het was háár hand, die hij dacht te vatten. Toen hij zich omdraaide merkte hij opeens dat hij haar kwijt was. Ik lach terug, het water sprankelt dwars door mij heen.

Eén met alles wat er is. Dit is de hemel. En dan denk ik, wat een mallemolen is onze wereld geworden. De race om geld en groei raast al het geluk voorbij en verplettert alles. Liever dans ik zélf dan dat ik me rond laat slingeren in een levensgevaarlijke, op hol geslagen draaimolen.
.
Dit zijn tien sleutels naar geluk. En nu ik dit zo bekijk…. als ik dans doe ik het ALLEMAAL!

1. GEVEN – Iets doen voor anderen (en kunnen ontvangen)
2. VERBINDING – Contact maken met mensen (alleen al naar ze lachen maakt een dag al goed)
3. TRAINEN – Zorg goed voor je lichaam (en geniet)
4. WAARDERING – Let op de wereld om ons heen (verheug je in het zien)
5. PROBEREN – Blijf nieuwe dingen leren (alles is mogelijk)
6. RICHTING – Heb doelen om naar uit te kijken (dichtbij en ver af)
7. VEERKRACHT – Vind manieren om terug te stuiteren (oa. humor)
8. EMOTIE – Kies een positieve benadering, (wij gaan allen het grote onbekende tegemoet, maar heb het vertrouwen dat je overal mee om kan gaan en een oplossing kan vinden.)
9. AANVAARDING – Comfortabel zijn met wie je bent
10. BETEKENIS – Maak deel uit van iets groters

In het Engels vormen de eerste letters van deze woorden (Giving, Relating, Exercising, ….) tesamen ‘GREAT DREAM’.
Is het vreemd dat dans alle tien de punten in zich draagt? Nee! De quantumfysica vertelt ons dat alles om ons heen niets anders is dan dansende deeltjes, bewegend in golfpatronen. Misschien is dansen wel “meebewegen“ en die energiestromen vòelen. Misschien is dit meebewegen wel een sleutel van de evolutie, waar alles toe leidt en bewegen we ons ritmisch of met schokgolven naar een lichtere wereld. Als je je vasthoudt, dan nemen de golven je toch wel mee, tegen wil en dank. Loslaten en zwierig meedansen is een vreugdevolle optie… en zo verfrissend, om net als water te zijn!

.

De woeste wind waait
willens en wetens mijn
warme wollen sjaal
weg van mij
in wilde dans daar wappert hij
voorgoed de wijde wereld in.

.
Het lijstje over geluk heb ik uit het blad ZOZ, tijdschrift voor doendenkers. ( Wat tussen haakjes staat heb ik zelf toegevoegd.) Naar aanleiding van “De dag van het geluk“ (20 maart) schreven zij daarover. Het wordt uitgegeven door Omslag, werkplaats voor duurzame ontwikkeling in Eindhoven.

Mijn uitstapje van dans naar de quantumfysica is intuïtief. Ik ben er, raar of niet, diep van overtuigd. Er zijn ook wetenschappelijke verhalen over te vinden en zeer waarschijnlijk heb ik er maar een fractie ervan gezien. Dit soort bronnen raadpleeg ik een enkele keer, om mijn gedachten te staven.

Links:

http://www.omslag.nl/index.html

http://www.eindhovendanst.nl/

http://www.worldyourdance.com/

Mistige panelenpraat

Vervolg op zonnige panelenpraat.

.

.

blauwe-klompen-kl-frm.

De koffie is op. Ik trek mijn blauwe klompen aan en steek de telefoon in mijn zak om naar buiten te lopen. Mijn voeten laten een donker spoor achter in het kort gemaaide veld, dat zilver is van dauw en mist. Ik ga het hoekje om van het lege onaffe huis dat in het midden van de camping staat. Het is van rode baksteen met oranje pannen op het dak. Onder de nok kan je dwars door het huis heen kijken.
Achter het huis is de vijver. En daar, vlak naast het hek waar de frambozen groeien, daar staat ze dan. Mijn eigen kleine huis op wielen. Wat is ze mooi.

.

.

bouwen-woonwagen-voordeuren-dubbel-kl-frm.

.

Ik kijk naar het groen geschilderde dak. Ik heb er veel tijd aan besteed, want er zitten heel veel functies aan. Er liggen al zonnepanelen op, die wachten op aansluiting. Ik zie vanaf de grond de onderste staalkabel. Daar zitten ze aan vast, heel stevig met allemaal roestvrij stalen oogjes en moertjes. Ik heb overal de kleinste maat van genomen. Toch is alles veel te robuust uitgevoerd, voor die  flexibele paneeltjes. Had het eenvoudiger gekund?
Ja. Ik had gewoon een paar lange latten op het dak kunnen vastmaken, met aan weerszijden een bout. Daar had ik de panelen op kunnen schroeven.

.

.

bouwen-zonnepanelen-1e-situatie-kl-frm

In de winter liggen de panelen aan één kant. De baan die
de zon maakt is dan veel kleiner. In de zomer komen de
panelen aan weerskanten van de dakkap te liggen. De ene
kant zal optimaal laden in de ochtend, de andere in de
middag.

.

.

Maar toch, deze constructie is veel sterker. De bovenste kabel zit vast met een hele rij roestvrijstalen ogen, die dwars door de opstaande dakkap heengaan. Als ik nu iets op wil hangen, een groot zeil bijvoorbeeld, dan heb ik overal bevestigingspunten en sterk ook nog. Ik kan er van op ààn. Ik zou aan de onderste kabel van alles vast kunnen maken. Ik zie het al voor me. Een raamwerk van touw met een zeil erboven. Je kan er hele bossen kruiden onder drogen, geurend in op zwoele zomeravonden en we kunnen er muziek onder maken als het regent…
Ik klim op de wiebeltrap die nog steeds bij de wagen staat en werp een kritische blik op de kabels. Het zit nog lang niet goed. Ik zie boutjes die nog niet kortgeslepen zijn. Het onbeschermde staal prikt diep in het rubber. Ai ai. Dat mag niet. Ik zal ze een kopje kleiner maken met mijn haakse slijper en dan een dopje er op. Ik moet ook iets met het dakrubber doen, dat rekt veel te veel uit. O, ik moet echt weer aan het werk hierboven. Maar niet nu. Ik klim weer naar beneden.

.

.

bouwen-zonnepanelen1e-situatie-detail-kl-frm

.

.

Ineens krijg ik een idee. Ik zal wel vaker onderhoud moeten doen en ik wil altijd alles kunnen inspecteren. Als ik het dakrubber niet vastplak in de goot, maar in plaats daarvan vastklèm, dan kan ik het altijd losmaken en oprollen. Ik kan het vastbinden aan het opstaande puntdakje, in het midden. Dan kan ik zo mijn hoofd tussen de dakbogen doorsteken en zien hoe het erbij staat. Dat is leuk! Ik glim van pret. En de isolatie haal ik er zo tussenuit. Dan zie je weer de mooie kale constructie. Hoera! Wie heeft er nou een dak dat je open kan rollen? Het wordt een superdak. Het is het meeste werk van de hele wagen. Maar ik heb het er voor over.

.

.

bouwen-dakzeil-in-de-goot-kl-frm

Goot met dakrubber

.

.

Vrijdag komt Johan de electra aansluiten, schiet me te binnen. Dat is helemaal niet handig. Er moet nog veel te veel gebeuren.

Ik pak de telefoon uit mijn zak en tik zijn nummer in. Aan de andere kant klinkt een opgewekte stem. „Met Johan.”
„Dag Johan, met Alowieke.“
„Hé Alowieke! Ik heb vrijdag bij jouw een afspraak om de zonnepanelen aan te sluiten!“
„Dat gaat niet door.“ Mijn stem klinkt resoluut. „Het is nog niet in orde, de bouten prikken in het dak, dat moet ik oplossen. En het rubber moet een onderlaag krijgen van stijf doek. Er zijn nog een paar dingen, die ik eerst in orde wil maken. Ik ga er verder mee in de lente, als het droog is en warmer en als ik weer zin heb in het dak.“
„Wat vervelend voor je zeg! Maar je klinkt toch heel positief.“
„Ach ja, ik leg er een paar planken onder en gooi er een zeiltje over. Dan kan het wel even blijven liggen zo. Voorlopig ga ik verder met andere dingen. Het wordt hartstikke mooi!“

Wandelend praat ik nog even verder. Eèn van de kippen ontdekt mij en rent op een holletje naar me toe. Helaas kip, ik heb niks voor je. En ik ben aan het bellen.
„Dan kan je mooi zien hoe het straks geworden is Johan,” besluit ik, de bruine kip negerend.
„Ik ben benieuwd.“
Na een laatste groet druk ik mijn telefoon uit en stop hem terug in mijn zak.

.

.

Foto’s met haiku’s

.

bouwen-dakzeil-in-bamboegoot-kl-frm

Kijkje op het dak
natte blaadjes in de goot
regen druipt erlangs.

.

.

bouwen-druppel-aan-de-wand-kl-frm

Druppels aan de plank
die hangen tot ze vallen
zoals ik het wil.

.

.

bouwen-werkplaats-detail-kl-frm

Schetsje tussendoor
met potlood op een plankje
hoe maak ik de deur.

.

.

bouwen-deurdeel-kl-frm

Borstels in de kier
zo blijft mijn huisje warmer
hier geen koude tocht.

.

.

bouwen-werkplaats-2-lamp-kl-frm

Mijn oudste lamp straalt
sterk en warm en heel vertrouwd
lief en gelig licht.

.

.

https://alowieke.wordpress.com/2015/12/08/zonnige-panelenpraat/

.

.

.

Gedachten bij ondergaande zon

Ik schreef dit blog vlak voor de nacht dat Trump de Amerikaanse verkiezingen won. Mensen zijn bang dat hier het zelfde gebeurt. Ik kan het me voorstellen. Maar ik ben niet bang. Ik duim voor de indianen in Dakota, met hun strijd voor schoon water, dat leven betekent. Ook in dit verhaal denk ik aan water, dat vloeit waar het niet gaan kan.

.

zonsondergang-met-nieuwe-wagen

.

Ik wil de zon zien ondergaan. Veel te lang heb ik het gemist, toen ik onder de grond in een Utrechtse catacombe woonde. Elke avond haal ik het in, als hij er is tenminste. Vandaag heb ik geluk, vlak voor een dik wolkenpakket de hemel in beslag neemt. Op mijn buik lig ik voor het grote raam en zie de lucht oranje kleuren. Ik kijk ernaar en overdenk de dag.

Vandaag heb ik aan de deuren gewerkt. Hele dikke deuren zijn het, want er komt een dikke laag wol in. De wol houdt de kou en de hitte tegen. Acht centimeter voor een huisje van dertien kubieke meter. Ik hoef maar een scheet te laten en het is al warm.
Of Nederland nou in een nieuwe ijstijd terecht komt of in een subtropisch klimaat met heftige stormen en slagregens, met mijn kleine wooncocon kan ik er vast tegen. De woonwagen wordt warm, sterk en veerkrachtig, net als ik. Mijn wagen groeit met mij mee, met wie ik ben en wat ik wens.
Waar gaan we heen? Ik hoop dat ik nog veel lieve, dappere en talentvolle mensen ontmoet. Mensen die niet in de eerste plaats aan zichzelf denken, maar die met elkaar werken aan iets moois. Gewoon, omdat ze er blij van worden.

Ik denk aan het landschapsboek dat ik zou willen maken. Ik zou graag rondreizen in het Nederland van de vroege middeleeuwen, toen het water nog kon gaan waar het wilde. Dat is al bijna duizend jaar geleden. Al zolang heeft elke vierkante meter van ons land een geplande bestemming. Wij moeten het water onder controle houden, anders wordt het ons de baas. Dat is een machtig mooi gegeven. Water fascineert me. Misschien ga ik daar iets mee doen, wordt dat mijn rode draad. Verhalen over het water, wat het neemt en wat het geeft, aan mensen en dieren, aan bomen en planten. Mijn tekeningen zullen weerspiegelingen laten zien en patronen die ze achter laat in het zand. Ik kan de wortels van de bomen tekenen, die als lange vingers de bodem in dringen om het kostbare vocht te bemachtigen en veel meer nog. Verder en verder vloeit het. Je weet nooit waar het uit komt. Vloeibare inspiratie blijft eeuwig verrassen. Zoals kinderen tijdloos bezig kunnen zijn met een schepje en een emmertje en tot hun verwondering iets kunnen maken waar ze versteld van staan…. Ik laat het verder stromen, ik zie het komen en weer gaan. Water komt overal. Water kan bergen verzetten, op lange duur.

De zon is nu bijna onder. Het wordt kouder. Ik trek een fleece deken over mijn schouders. Het wordt een koude nacht. Mijn nieuwe wagen wordt veel warmer dan deze, knusser ook. Wat zal ik daar fijn kunnen werken, diep in mijn wollen hol en praten met vrienden en kijken naar nog veel meer zonsondergangen. Nog even en het is er. Als de deuren erin zitten, dan ben ik al een heel eind.

.

.

bouwen-woonwagen-voordeur-kl-frm

.

bouwen-voordeuren-kl-frmbouwen-werkplaats-2-kl-frm

.

bouwen-woonwagen-voordeuren-dubbel-kl-frm

.

.

.

.VOETNOOT

Het laatste boek van de plank van Nyncke Lingsma, zo noem ik het gewoonlijk, maar dit keer is het het laatste boek uit de doos.

In de boekenkast van mijn moeder, kwam ik een lievelingsboek tegen, wat ik haar zelf heb gegeven in 1991, ik geloof dat ze het zelf nooit heeft gelezen, het zag er zo nieuw uit.
Nu ligt het ergens in de doos met spullen van haar. Ik kan het nog niet opbrengen om de doos te openen en het boek te pakken. Ik heb dus geen passage voor in de voetnoot. Het verlies is te vers. Maar Winnie de Poeh staat hoog op mijn lijstje.
Winnie met zijn filosofische eenvoud heart-emoticon
.
.

nyncker-voetnoot

.

.

.

.

Op weg naar een lichtere wereld.

zonsondergang-met-nieuwe-wagen.

.

Een kijkje in de wagen na een mistige nacht

.

ramen-met-mist-binnen-kl-frm

.

Met een zucht klap ik mijn laptop dicht. Ik ben anderhalf uur verder en eindelijk, na veel kijken en vergelijken, heb ik de laatste bestellingen kunnen doen. Een cirkelzaagblad, een nieuwe accuboor en twee sloten. Elke keer als de postbode komt denk ik, nu heb ik alles, nou hoeft er niks meer bij. Mispoes! Steeds is er weer iets waar ik niet aan gedacht heb, of het is gereedschap wat ermee op houdt, of ik heb in mijn rekensom een fout gemaakt, waardoor ik niet alles heb meegeteld, zoals met de schapenwol. Als je de berg isolatiemateriaal ziet, die er in dat kleine huisje gaat, dan geloof je je ogen niet. Toch verdwijnt het allemaal in wanden, muren, deuren, in het dak en in de vloer.

Ik loop naar de wagen en de werkplaats, in de andere hoek van het veld. Ik ben benieuwd hoeveel condens er tegen het dak aan zit en bij de ramen. Het was vannacht weer koud en erg mistig. Ik duw het doorzichtige bouwzeil opzij, dat ik er voor heb gehangen, tegen de koude oostenwind. Dan stap ik via het omgekeerde kistje op het kleine bordes, loop door de dikke holle deurposten heen die een mooi poortje vormen. De deurtjes zijn in de maak, er komen twee onder en twee boven, mèt raampjes.
De dikke plankenvloer is vol houtstof, de ramen zijn beslagen. Ik veeg erlangs met mijn wijsvinger. Het acrylaat voelt niet koud aan zoals glas en ik krijg geen natte vinger. Het is geen condens, het is dauw dat aan de buitenkant zit. Van binnen is het kurkdroog. Fijn, dat scheelt een hoop gedoe straks.
Dan kijk ik omhoog. Boven de dubbele rij dakbogen kijk ik direct tegen het zwarte dakrubber aan. Ik zie allemaal kleine druppeltjes. Ik strijk erlangs met mijn hand. Langs het spoor van mijn vingers pakken druppeltjes zich samen en glijden langs het aflopende rubber naar beneden, door de kier die ik speciaal daarvoor openliet en dan, met het rubber mee, de goot in. Ik kan de bamboegoot goed zien, door de brede kier onderaan het dak.

.

bouwen-binnen-7

 

Straks zie je geen dakrubber meer, als je in de wagen staat en omhoog kijkt. Ook de bovenste rij dakbogen is dan vrijwel geheel uit het zicht verdwenen. Je ziet alleen de onderste essenhouten bogen, mooi onbeschilderd rondhout, met een plafond van dikke ongebleekte katoen dat er op rust. Achter die katoen, tussen de twee rijen dakbogen in, zit dan een dikke laag grijze schapenwol. Zou ik straks geen last meer van hebben van dat condens op het rubber, straks, als de isolatie er in zit?
Voor ik de stof vastzet en afwerk, ga ik eerst kijken wat er gebeurt. Hoe rustiger ik werk, hoe beter ik kan kijken. Zo kan ik elke keer de juiste beslissing nemen. Ik hoorde het vroeger al, van mijn favoriete leermeester op de scheepswerf, waar ik een tijdlang werkte. „Kijk goed, meet goed“, zei hij. Neem de tijd om te kiezen hoe je op de meest luie manier perfect voor elkaar kan krijgen wat je wil bereiken.

Misschien
heet dàt wel
„Duurzaamheid“…

Kijk goed en schat in
wat je kracht is en
wat er voor je ligt,
zoals een leeuw
voor hij een sprong maakt.
Lui en sterk tegelijk.

Ik heb mijn leven lang geoefend. Het heeft even geduurd, maar nu begin ik die levenshouding toch meester te worden. Geloof ik. Het timmeren van een wagen is veel meer dan alleen planken vastschroeven. Dàt weet ik in elk geval zeker.

.

.

bouwen-zaagklaar-maken-kl-frm..

Na dit verhaal heb ik een groot stuk van het plafond bedekt met schapenwol. Daarna heb ik drie ochtenden gekeken. Achter de isolatie is geen condens. Alleen bij de randen van de wol was het dak nat, bij de grens van het onbedekte gedeelte. Verscheidene keren zeiden mensen me: “Moet je geen dampdoorlatend folie toepassen? Dat hoort wel zo.” Dampdoorlatend folie is plastic met gaatjes erin. Ik geloof dat alle bouwvakkers het gebruiken. Bij schapenwol hoeft dat niet. Het mooie van schapenwolisolatie is juist dat het dertig procent vocht kan bevatten voor het zijn isolerende waarde verliest. Plastic ertussen stoppen zou zonder zijn. Een groot deel van de werking zou verloren gaan.

.

.