Vrijkaartje voor de Aarde

Vrijkaartje Aarde

.

Het is half acht. Na een warme dag begint het af te koelen. Een lichte bries waait mijn wagen in. Ik zit op de bank en luister.  Mijn favoriete radioprogramma heet “Passaggio” op radio4. Het is al een tijdje bezig. De laatste tonen sterven weg, van een rustig, melancholiek stuk. Verder is het enige geluid dat van twee vinken, buiten. Ze zingen hun riedel, als een vraag en antwoordspel. Twee vliegen zigzaggen om me heen om dan zoemend te gaan seksen op het blote vel van mijn knie. Ik wuif ze weg en schuif de dunne katoen van mijn rok erover. Dan hoor ik Lex Bohlmeijer, de presentator. Hij zegt dat hij vrijkaartjes heeft. Een muzikale voorstelling is het, notabene op Fort Rijnauwen! Ik ken het. Het ligt aan dezelfde rivier als waar ik vroeger woonde.
Het stuk speelt zich af in de weelderige natuur rond het fort, vertelt hij. Het gaat over het einde van de wereld. “Wie wil er vrijkaartjes winnen?” vraagt Lex. Dan moeten we vandaag of morgen een kort verhaal opsturen. “Hoe kunnen we de aarde redden?” Dat is het thema. Morgen is de uitslag. Ik aarzel geen moment en klim in de pen. Drie kwartier later heb ik geen verhaal. Wel een gedicht.

Hoe redden we de aarde. (Sterk bewerkte versie)

.
Op de dag dat alles dor was
liep op straat een liefdespaar
omarmden levenloze stad
en gingen voort, al zingend
langs het uitgestorven pad

Bomen, heuvels, dode dorpen
elke plek een eigen vers
ze  liefden elkaar met het lied
en waar ze kwamen trilde het
ging doffe starheid snel teniet

Ze zagen alles wat ze zagen
dansend langs hun wonderpad
een kind een boom een land een naam
zelfs stenen werden langzaam levend en
de oude man voor ’t raam

Aarzelend kijkt hij nu op
verrassing in zijn blauwe blik
die kinderlijk hun canon echoot
alles kan en wil weer zingen
Op deze dag gaat niemand dood

.

De volgende dag luister ik in gespannen afwachting naar de radio. Lex wacht even met het laten horen van de uitkomst. Na een kwartier komt het. De vrijkaartjes gaan naar Marijke. Zij schreef: “Mijn kleindochter heeft al gezegd dat als ik win, zij met me meegaat. Is dat niet het redden van de aarde?” Lex ziet het graag. Grootmoeder met kleindochter samen op pad. Ik eigenlijk ook wel. Maar ik heb níet gewonnen. Jammer. Het was een leuk idee. Maar vrijkaartjes kreeg ik toch. Een kaartje voor de Aarde en eentje voor een bezoek aan de Tuinen der Fantasie. Zo kom je nog eens ergens…

Klik hier voor het beluisteren van het radiopramma op NPO4

.

Inspiratiebronnen.

Het gedicht is onder andere geïnspireerd door “De Droomtijd”, een mythe over het begin van het leven op aarde. Dit is waar de Australische Aborigionals in geloofden en leefden, lang voordat de westerse mens een voet aan land deed.  Ik las er over toen ik twintig was, nu dertig jaar geleden. Het boek dat zoveel indruk op me maakte heet “Gezongen Aarde”, geschreven door reisschrijver Bruce Chatwin.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Bruce_Chatwin

Ook heb ik gedacht aan het oneindige verhaal van Michaël Ende. De kracht van de fantasie werkt door al zijn boeken heen, en hoe belangrijk dat is voor een leefbare wereld.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Het_oneindige_verhaal

.
En dan is er Paul Biegel met  “De tuinen van Dorr.” Een sprookjesachtige vertelling over een hartelief en een stenen stad. Ik heb het vast al vijftien keer gelezen. Biegel hield van twee van zijn boeken het meest. Dit is er één van. Dat begrijp ik goed. Heerlijke taal, heerlijk verhaal.

De foto van het aboriginalkunstwerk heb ik gehaald van deze site: http://www.guidodevliegher.be

Rammelend bestek en een dakgootgesprek

22 juni 2015 008

“Heee houden jullie een werkbespreking? Leuk!!” Henk hobbelt op zijn fietsje langs ons heen, een blauw bakje met rammelende kopjes en bestek op zijn bagagedrager gebonden. Hij was op weg naar zijn caravan. Maar nu verandert hij van richting, zet zijn fiets op de standaard en komt op ons af. Wij staan naast de nieuwe goudgele wagen met het werkboek in de hand. “Kijk, we zijn bezig met de bouwtekening van de goot.” “Ja, leuk hè, lacht Dick. Nu is ze al een jaar bezig met ontwerpen en nog steeds zijn er dingen waar over nagedacht moet worden,” glundert hij.
“Laat eens zien,” zegt Henk en kijkt naar de tekening. Henk is loodgieter en psycholoog. Hij is een ervaren trabbelsjoeter. Ik laat hem de spanten zien, die op de houten vloer klaar liggen. Ze zullen de huid van de wagen vorm en stevigheid te geven. Ernaast wacht een stapeltje verbindingsstukken, die moeten de overgang maken naar de dakbogen. Sommigen zijn  af, anderen nog niet. De decoupeerzaag ligt ernaast, tussen wat fijn houtpoeder van het zagen. Voor ik ga monteren wil ik alle onderdelen zoveel mogelijk af hebben. Het wordt een hele verzameling puzzelstukjes. Alles is uitgetekend op schaal en minstens tien keer nagekeken op juistheid.

.

22 juni 2015 009

Dit is de uiteindelijke tekening op schaal. Ik kan alle onderdelen rechtstreeks overtrekken en uitzagen. De vormgeving van de glooiende lijnen kan nog iets veranderen.

.

Henk tuurt naar mijn tekening met de goot en de stootlat. Die is nodig om het breedste punt te beschermen tegen botsen.”Wat is dat voor blokje, dat je onder de stootlat hebt getekend?” vraagt Henk aan mij. “Rubberen afhouders, gemaakt van auto- of trekkerband.”
“Goed plan, rubberen blokjes er onder. Zo heb je meer ruimte voor de goot. En autoband is vrijwel onverslijtbaar en is overal te vinden. Maar hoe is de afwatering van het dak?”  “Dat weten we nog niet. Heb jij een idee? Afwatering is toch je vak?” We wachten nieuwsgierig af wat hij gaat zeggen. “Wacht, zegt hij, “Ik breng eerst even de afwas naar huis. Hij stapt op zijn fiets en rijdt rammelend verder. Even later komt hij opgewekt terug lopen. Wij stoppen ons gesprek tot hij bij ons is en kijken hem nieuwsgierig aan. “Ik heb een idee”, begint hij. “Als je het dakrubber nou dóór laat lopen in de goot, het erom heen vouwt en vastplakt met EPDM lijm, dan heb je een hele goeie goot en geen lekkage. De ondersteuning van de goot kan je zò maken dat de stootlat er tegen aan kan geschroefd.” Henk laat een eenvoudig tekeningetje zien.
“Ja,” zeg ik bedachtzaam en kijk Dick even aan. “Dit is de beste oplossing.” Henk neemt het compliment bescheiden in ontvangst. “Jullie plan vond ik óók erg goed hoor! .. Maar nu ga ik ga weer verder,” zegt hij dan. “Wij ook,” antwoord ik.
“Dag Henk!”
“Dag Alowieke, dag Dick!”

.

Ik probeer geen enkele afgesloten ruimte te maken. Ik wil dat alles blijft ademen, vooral onder de vloer kan het soms vochtig zijn. Daar is het extra belangrijk.

.

Ventilatiegaten onder de vloer.
Ventilatiegaten onder de vloer.
Resthout na het gaten zagen
Resthout na het gaten zagen
Ventilatiegaten gezien van onder de vloer.
Ventilatiegaten onder de vloer waar de isolatie komt

 

 

Eng ding

blogtek eng ding (tractor)

.

Mijn benen bewegen de trappers en de wielen brengen me naar waar ik wil zijn. De lange smalle asfaltweg is stoffig en verlaten. De zon brandt op mijn blote schouders. Ik moet boodschappen doen, kaas halen op de markt. Ik heb gewacht tot de zon niet meer zo hoog stond. Voort ga ik en mijn voeten draaien maar, de trappers rond en rond. Warme wind waait om mijn hals. Het brengt me in een aangename trance. Ik fiets de lange weg naar Middelbeers, recht door akkerlanden,langs pas gemaaide bermen…
Opeens schrik ik op van een zwaar grommend geluid achter me. Het klinkt hard en het komt snel dichter bij. Instinctief duik ik in elkaar en draai zo dicht mogelijk naar de berm. Een grote groene trekker passeert met een ruime bocht. De bestuurder is een jongen, hij kijkt me kort aan over zijn schouder, terwijl hij verder rijdt.” “Eng ding,” hoor ik mezelf zeggen. Oei, denk ik daarna. Dit kan straks niet meer, zo’n schrikreactie. Als ik met paarden op de weg loop, springen ze zomaar mèt mij de berm in en verder nog dan dat. Met ezels zal dat minder zijn, maar toch..

De oplossing is helder. Groot maken. Alsof ik zelf net zo’n dikzak ben als die trekker. Jarenlang maakte ik tochten over de wateren van Utrecht. Ik was één met mijn boot op de grachten. Daar schrok ik nergens meer van. Zelfs dieventuig pakte ik in de kraag, samen met mijn scheepje. De weg is anders. Stille smalle landwegen zonder bochtjes, die zijn het verraderlijkst. Wat er wél rijdt, scheurt keihard langs je heen, trekkers en auto’s.
Ik heb mijn wagen aardig smal gemaakt. Dan kan ik krappe bochtjes om en smalle paadjes in.  Ik kan ook makkelijk aan de kant. Nu weet ik beter. Hoe maak ik mezelf breed, dáar gaat het om. De zijkant vol hangen met bewegende emmers.  In de emmers zitten rammelende harde dingen, die akelig uitsteken over het randje. Daar zijn automobilisten bang voor. En als ze dan toch langzaam mijn brede rammelende wagen passeren, dan zal ik vriendelijk groeten.
Paard-en-wagens krijgen jammer genoeg geen voorrang in Nederland. Mensen zijn er niet aan gewend. Dan moet je toch maatregelen nemen.

.
Ik ga vast oefenen. Ik maak mijn blik ruim, zodat ik alles zie. De berm is om te grazen, de weg is om te gaan. Koers houden, dat is het.

.

Uitslapen en rokjes aan

blogtek

Mijn oogleden voelen zwaar en loom. De slaap ligt nog als een dikke wollen deken over me heen. Steeds weer doe ik mijn ogen open, steeds ietsje langer. De kamer is schemerig. Ik heb de ramen extra bedekt met allerlei doeken en kledingstukken. Langzaam word ik wakker. Ik kijk op de wekker. Het is alweer half tien.

Ik doe rustig aan. Het eerste en het zwaarste stuk heb ik nu gehad. De tornado van het creatieve brein. Ik heb gezien dat mensen hun wagen bouwden, en tijdens het bouwen bedachten hoe ze verder gingen. Ik doe het andersom. Ik teken alles uit. Daarna komt het verzamelen van het materiaal. Het boek met bouwtekeningen komt steeds opnieuw op tafel. Want één enkele verandering kan invloed hebben op al het andere.
Het bed moest bijvoorbeeld lager. Er was niet genoeg hoogte boven. Dat is wel nodig, want ik wil het ook als zithoek kunnen gebruiken. Tegelijkertijd wil ik dat het bed óók breed genoeg blijft en dat de wagen niet te hoog wordt. Het schuine stuk van de wand moest dus sneller breed worden dan ik had bedacht. Het maakt de totale vorm van de wagen gelijk anders. Eigenlijk is het een soort boetseren. Het enige verschil is dat boetseren puur op gevoel kan, en dit kan alleen maar met maten, lijnen en getallen. Als ik het simpel wilde houden, dan had ik een vierkant hok moeten bouwen.
Maar nu… de vloer ligt er in, zacht glanzend. Ik heb de dikke planken eerst geïmpregneerd met olie, zodat een eerste laag lak gelijk dekte. De twee onderwanden staan overeind, zodat het al een indruk geeft van de woonruimte. De spanten van de wand zijn in elkaar gezet, die het geraamte zullen vormen, bepalend voor alles wat er verder gebeurt. Ik heb ze netjes afgewerkt en ze liggen nu klaar op hun beurt te wachten. Het materiaal voor de rest van de bouw is aanwezig en zelfs de kachel met kachelpijp is besteld, zodat ik bij het maken van het dak gelijk de doorvoer van de schoorsteen kan maken. Ik ben trots op mezelf dat ik zover gekomen ben. Maar nu eerst een weekje uitslapen. Even niks, dan roze rust.

.

tekening van wiekies woonwagen

Op deze tekening kun je links en rechts de vorm van de spanten zien voor de zijwanden. Er zitten twee hoeken in, waar de wand twee keer de bocht om gaat. Bij die hoeken zijn perfect uitgelijnde blokjes geplaatst, waar vuren latjes tegenaan geschroefd zijn. Daar tussen zijn de spanten hol, zodat het licht blijft, en er isolatie tussen kan. In onderstaand filmpje werk ik de spanten af.

.

Lopen met de paardenman

blogtek Nomaden op pad

“Hoera hij rijdt!” Opgetogen zie ik de kleine, kleurige zigeunerwagen van zijn plek rijden, onder de bomen vandaan, het veld op. Heel even is het of ik mijn eigen wagen zie, net af, voor het eerst ingespannen met dieren ervoor. Maar het is niet de mijne, het is een andere wagen die nu wegrijdt. En ik ben er getuige van. Een kleine robuuste haflinger stapt stevig voort met indrukwekkende spierbundels. De witte ezel ernaast is veel tengerder, alsof het een veulen is, maar ze is taai en trekt stevig mee. Voort gaat het, over het enkelhoge gras, de harde zandweg op, die door het landgoed slingert. De ronde huif is knalgroen en wiebelt als ze door een kuil rijden. Herma staat naast me. Een fee met zilveren haar. Ze kijkt blij. Arie, haar vriend, loopt naast de dieren het pad af naar de poort. “Nomaden Stapvoets” noemen ze zich.
Arie en Herma organiseren trektochten. Arie is een echte paardenman. Hij is ermee groot geworden. De wagen heeft hij zelf gemaakt. Hij is net af. En ik heb de eer de allereerste klant te zijn. Een vorige vrouw voor wie hij tochten uitzette, was koningin Beatrix, toen hij stalmeester was op het hof. Nu ben ik het, die met hem meegaat. Niet op prachtige paarden door het bos rond het Loo, maar lopend naast een wonderwagen door het bos bij Zutphen.
Ik denk aan mijn eigen wagen, die ik aan het bouwen ben. Die is zéker nog niet af! Een gedachtenflits als een ijsvogel. Even zie ik een beeld van hoe het op een dag zal zijn. Snel, net zichtbaar maar gelijk weer weg. Ik weet, er is nog veel te doen. Maar nu hoef ik niets. Ik mag lekker mee. Met een zee van heerlijke leegte in het vooruitzicht, loop ik op een drafje naar Arie. Hij gaat rustig voort naast de ezel en ment met maar één hand. De haflinger volgt zijn subtiele signalen. Ezel loopt ernaast. Hij houdt zelf in de gaten wat er achter hem gebeurt en trekt dapper mee. Arie vraagt me links voor te gaan lopen, naast het paard. We gaan! Lopen gaan we. Twee dagen samen met de dieren. Ik zal hem honderd vragen stellen. Onder de groene bomen in de gouden zon. Grijze wolken met witte toppen schuiven over blauwe lucht. Al valt er straks een bui, niets wat mij nu kan deren.

Geboeid kijk ik toe, hoe de paardenman zijn dieren tuigt. Hij gebruikt eenvoudig materiaal en hij heeft er lang over nagedacht. Hier zie je enkele  oplossingen.

Arie maakt de knuppel vast aan de wagen. Er aan vast zit een blauwe lijn. Die is voor de ezel. De ezel heeft nog een tweede lijn, die bevestigd is aan de lamoen. Het touw is lang genoeg om de ezel ruimte te geven. Ze kan zelf kiezen waar ze haar stappen zet.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Hieronder is de knuppel te zien die aan de wagen vastzit, eenvoudig en doeltreffend knoopwerk.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Wonderwegen der nomaden

Wie weet nu welke wonderen
er later zullen komen
wanneer wij stapvoets verdergaan
langs weiden onder bomen

Terwijl de wind trekt aan de huif
kan niets ons echt vermoeien
de rivieren van de tijd
zullen paden van ons pad bevloeien

Klik hier voor de website van Nomaden Stapvoets.